Verschillende manieren selecteren om het effectgeluid uit te voeren (OUTPUT MODE)
Verschillende manieren selecteren om het
effectgeluid uit te voeren (OUTPUT MODE)
Hier leest u hoe u kunt selecteren hoe het effectgeluid wordt uitgevoerd.
1.
Draai de typeregelaar naar "SFX (8)".
2.
Draai de andere regelaars naast de typeregelaar helemaal met de klok mee.
3.
Terwijl u de pedaalschakelaar ingedrukt houdt, zet u de stroom aan door een stekker in de INPUT A
(MONO)-aansluiting te steken.
De CHECK-indicator knippert oranje.
4.
Gebruik de [VARIATION]-regelaar om te selecteren hoe het effectgeluid wordt uitgevoerd.
[VARIATION]-regelaar
1
FIXED
2
EFX/DIR
3 *
RANDOM
4 *
PING-PONG
5 *
AUTO
6 *
3D CROSS
7 *
3D ROTATION
* U kunt een stereo-effect krijgen door de [VARIATION]-regelaar tussen 3 en 7 in te stellen en vervolgens de OUTPUT A
(MONO)- en OUTPUT B-aansluitingen te gebruiken.
De instellingen worden automatisch opgeslagen wanneer u aan de [VARIATION]-regelaar draait.
Bij het maken van de instellingen kunt u het effectgeluid van de OUTPUT A (MONO)- en OUTPUT B-aansluitingen horen.
Merk op dat het geluid dat wordt uitgevoerd de effectinstellingen gebruikt zoals ze waren net voordat het apparaat voor het
laatst werd uitgeschakeld.
Als u een effectgeluid hoort dat moeilijk te onderscheiden is, stelt u de effectinstellingen in op eenvoudige instellingen (zoals
typeregelaar = "SINGLE (1)", [VARIATION]-regelaar = "1" enzovoort). Schakel vervolgens het apparaat uit en begin opnieuw
vanaf stap 1.
5.
Druk op de pedaalschakelaar.
De CHECK-indicator knippert snel rood.
Het apparaat kan na ongeveer twee tot drie seconden normaal worden gebruikt.
6
Hetzelfde signaal wordt uitgestuurd via de OUTPUT A (MONO)- en OUTPUT B-
aansluitingen.
Als het effect is uitgeschakeld, wordt het directe geluid uitgestuurd via de OUTPUT A
(MONO)- en OUTPUT B-aansluitingen.
Het effectgeluid wordt uitgestuurd via de OUTPUT A (MONO)-aansluiting en het directe
geluid wordt uitgestuurd via de OUTPUT B-aansluiting.
Als het effect is uitgeschakeld, wordt er niets uitgestuurd via de OUTPUT A (MONO)-
aansluiting. Het directe geluid wordt uitgevoerd via de OUTPUT B-aansluiting.
Willekeurig uitgestuurd vanuit de linker-, rechter- en middenposities.
Afwisselend uitgestuurd van links en rechts.
Het geluid pant soepel van links naar rechts en terug over het stereoveld.
Het geluid pant zowel heen en weer als van links naar rechts over het stereoveld.
Geeft een driedimensionaal gevoel van rotatie.
Uitleg