Gebruiksaanwijzing
GR 2511
Werking van de ontdooiing:
Er zijn vier verschillende methoden voor de ontdooiing (Parameter P10 instelling).
0. Geen ontdooiing.
1. Natuurlijke ontdooiing.
Voordat de ontdooiing start, wordt eerst gekeken of de ontdooi-voeler een temperatuur heeft welke
lager is dan de ontdooi-vrijgave temperatuur (P 12).
Is dit niet het geval, dan wordt de ontdooiing overgeslagen.
Als er ontdooid wordt, wordt de koeling uitgeschakeld. De ventilator draait continu tijdens de
ontdooiing (RY4). Het ontdooien wordt beëindigd als de tijdsduur natuurlijke ontdooiing (P14) is
verstreken.
2. Elektrisch/heetgas ontdooiing.
Voordat de ontdooiing start, wordt eerst gekeken of de ontdooi-voeler een temperatuur heeft welke
lager is dan de ontdooi-vrijgave temperatuur (P 13). Is dit niet het geval, dan wordt de ontdooiing
overgeslagen.
Als er ontdooid wordt, wordt de koeling uitgeschakeld, stopt ventilator en wordt het ontdooi-relais
(RY5) geactiveerd.
Het ontdooien wordt beëindigd als de ontdooi-beëindigingstemperatuur (P 15) bereikt is, met een
bewaking op de maximale ontdooi-tijd (P 16).
Na het ontdooien wordt gedurende de uitlektijd (P 9) de koeling en ventilator niet ingeschakeld.
Vervolgens schakelt de koeling in. De ventilator start pas als de ontdooi-voeler een temperatuur
heeft bereikt die lager is dan de ventilator-vrijgave-temperatuur (P 18) met een bewaking op
maximale tijd (P 19). Gedurende deze tijd knippert de VENT LED.
3. Automatische ontdooiing.
Voordat de ontdooiing start, wordt eerst gekeken of de ontdooi-voeler een temperatuur heeft welke
lager is dan de ontdooi-vrijgave temperatuur (P 13). Is dit niet het geval, dan wordt de ontdooiing
overgeslagen.
Als de gemeten cel temperatuur onder de ingestelde temperatuur van P11 (vrijgave temperatuur
natuurlijke ontdooiing), maar boven de ingestelde temperatuur van P12 (vrijgave temperatuur
electrische/heetgas ontdooiing) is dan wordt de natuurlijke (lucht) ontdooiing actief.
Als de gemeten cel temperatuur onder de ingestelde temperatuur van P12 is wordt de
elektrische/heetgas ontdooiing actief.
Wat gebeurt er na ontdooiing.
De koeling wordt pas vrijgegeven na de uitlektijd (P9). De ventilator wordt pas gestart na de uitlektijd en
als de ventilator-vertragingstemperatuur (P18) bereikt is of als de ventilator-maximum-vertragingstijd
(P19) bereikt is.
Starten handontdooiing.
Door gelijktijdig op de UP en DOWN toets te drukken kan op elk gewenst moment een ontdooiing worden
gestart, mits er een ontdooi-functie geprogrammeerd is (P 10).
Document nr. : 991607
Klant : Geerlofs
Versie : V2.8
Pagina : 12 van 16