5.2.10. LD540 opdrachtmodus
Opdracht
Hex.
HT
09
BS
08
CR
0D
ESC @
1B 40
ESC U
1B 55
ESC D
1B 44
ESC A n
1B 41 n
ESC C r c
1B 43 r c
ESC E r n
1B 45 r n
ESC R n
1B 52 n
ESC = n
1B 3D n
15
Beschrijving
Beweegt de cursor naar rechts in modus overschrijven.
Beweegt de cursor naar links in modus overschrijven.
Beweegt de cursor naar de meest linkse positie in modus overschrijven.
Start de klantweergave, wist de weergavebuffer, stelt de
waargavemodus in op shift en stelt de huidige weergaverij in
op de bovenste lijn.
Selecteert de bovenste lijn als huidige rij (standaardinstelling).
Selecteert de onderste lijn als de huidige rij.
Schakelt de klantweergave in of uit.
D=uitgeschakeld; E=ingeschakeld
Beweegt de cursor naar de volgende positie in modus overschrijven:
U=bovenste lijn; D=onderste lijn; 1≤c≤20 (kolom)
Configureert een speciaal effect of speciale weergavemodus voor
de gespecificeerde rij.
Selecteert de internationale tekenset. Zie
internationale
tekenset].
Selecteert een randapparaat.
1=printer; 2=scherm; 3=printer & scherm
[Tabel 4 CD5220