Installatie in een nieuwe schouw
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
8.11
NTC-kamertemperatuursensor (uitsluitend bij Opti-Air-systeem)
1.
2.
48
Opmerking:
•
Houd bij het opbouwen van het metselwerk rekening met de dikte van
eventueel stucwerk.
•
Gebruik geen afplaktape op het toestel. Afplaktape kan de verf op het
toestel beschadigen.
•
Plaats bij gebruik van ander materiaal dan bakstenen het materiaal
volgens de instructies van de leverancier van het materiaal.
•
Zie bij gebruik van ander materiaal dan baksteen de instructies van de
leverancier van het gebruikte materiaal voor informatie over vereist gebruik
van een boezemijzer.
Bepaal de plaatsen waar de inlaatopeningen en de uitlaatopeningen voor de AirBox-
inzetten of de roosters moeten komen. Zie paragraaf
de afmetingen van de ventilatieluchtopeningen en, indien van toepassing, de
convectieluchtopeningen. Zie
het plafond en de naastgelegen wand.
Zorg als het toestel is voorzien van een Opti-Air-systeem dat u de kabel voor het
meten van de kamertemperatuur en de batterijhouder correct plaatst. Zie paragraaf
8.11
8.12
en paragraaf
.
Bouw het metselwerk rondom het toestel tot aan het bovenste kader om de ruit heen
op.
a)
Plaats de AirBox-bakjes of roosters van de ventilatieluchtinlaten en, indien van
toepassing, de convectieluchtinlaten.
b)
Steek het uiteinde van de NTC-kabel voor temperatuurmeting in het
inbouwbakje van een van de ventilatieluchtinlaten. Zorg dat de ventilatielucht
rondom het uiteinde van de NTC-temperatuurkabel stroomt.
Plaats een boezemijzer ter ondersteuning van het metselwerk boven het toestel,
indien van toepassing. Plaats een boezemijzers aan beide zijden van het
metselwerk. Houd een ruimte van minimaal 3 mm tussen het toestel en het
boezemijzer open.
Plaats de flexibele aluminium pijpen van de convectieset, indien van toepassing. Zie
8.8
paragraaf
.
Bouw de schouw om het toestel heen.
Plaats de AirBox-bakjes of roosters van de ventilatieluchtuitlaten en, indien van
toepassing, de convectieluchtuitlaten.
Plaats het kader rondom het toestel.
Plaats de punt van de NTC-
kamertemperatuursensor (dit is
de dunne zwarte kabel) in de
ventilatieluchtinlaatopening. Zorg dat
u de punt van de sensor in het pad
van de ventilatieluchtopening plaatst.
Zorg dat de sensorkabel niet onder
spanning staat.
6.2
voor eisen betreffende de minimumafstanden tot
6.4
voor eisen betreffende
Cuatro-7 75-60