2
Gebruiksklaar maken
2.1
Plaats van de Orlando 120
–
Plaats het basisstation van de Orlando 120 zo centraal moge-
lijk in het gebied waarbinnen u wilt telefoneren.
–
Plaats de Orlando 120 op maximaal 2 m van een stopcontact
in verband met de lengte van het adaptersnoer. Om storing te
voorkomen, is het verstandig om een stopcontact te kiezen
waarop geen andere elektrische apparatuur is aangesloten.
–
Zorg dat tussen de Orlando 120 en andere elektronische
apparatuur ten minste 50 cm afstand bestaat. Dit voorkomt
storingen.
Let op!
–
Plaats de Orlando 120 niet in een nis, achter een metalen
deur, op zware meubelen of op plaatsen die door dikke staal-
of betonwanden of metalen wanden worden afgeschermd
(bijvoorbeeld in een kelder).
–
Plaats de Orlando 120 niet op meubelen die met synthetische
lak zijn behandeld. Het is mogelijk dat de kunststof voetjes en
de lak op elkaar inwerken, waardoor kringen kunnen ontstaan.
–
Plaats de telefoon niet in direct zonlicht of op een zeer
warme, koude of vochtige plaats.
2.2
Antenne monteren
De antenne is los meegeleverd in de verpakking. U monteert de
antenne als volgt op de handset:
1
Steek de antenne met het schroefgedeelte in de opening aan
de bovenkant van de handset (zie afbeelding 1).
2
Draai de antenne rechtsom vast.
Afbeelding 1: Het monteren van de antenne.
12