MSA
3.10. Kalibreren van het instrument
De ALTAIR PRO moet worden gekalibreerd indien geen gevoeligheidscontrole
wordt uitgevoerd.
MSA adviseert om onder normale omstandigheden om de 6 maanden
een kalibratie uit te voeren, echter, in veel Europese landen gelden
andere richtlijnen. Controleer dit aan de hand van de lokale wetgeving.
Voor instrumenten gebruikt voor controle op zuurstof moet een kalibratie worden
uitgevoerd in de volgende gevallen:
iedere wijziging in de luchtdruk (inclusief wijziging van hoogte boven
zeespiegel),
bij extreme veranderingen van de omgevingstemperatuur ( Hoofdstuk 5.1),
indien de gevoeligheidscontrole is mislukt,
in een bepaalde interval door lokale procedures.
Voor instrumenten gebruikt voor controle op toxische gassen (CO en H
in de volgende gevallen een kalibratie worden uitgevoerd:
na grote schokken,
alle extreme wijzigingen in de omgevingstemperatuur,
na gebruik onder hoge gasconcentraties,
indien de gevoeligheidscontrole is mislukt,
in een bepaalde interval door lokale procedures.
Kalibratie - Toxische gassen
Attentie!
Reduceerventielen en kalibratieslangen gebruikt voor
gevoeligheidscontroles en kalibratie van Cl
moeten door de gebruiker geëtiketteerd worden voor dat specifieke
gas en mogen in de toekomst uitsluitend voor dat gas gebruikt
worden.
Zorg dat de kalibratie uitgevoerd wordt in zuivere, niet-verontreinigde
omgevingslucht.
Door de hoge reactiviteit van Cl
vochtigheid en het materiaal van kalibratieslangen reageren met het gas
en daardoor kan een lagere concentratie dan de werkelijke concentratie
gemeten worden. Het is daarom noodzakelijk droge slangen te
gebruiken voor kalibratie of gevoeligheidscontroles met deze gassen.
Gebruik voor de beste kalibratie de kortst mogelijke kalibratieslangen
voor verbinding met de kalibratiecilinder voor deze gassen.
NL
2
ALTAIR PRO - Gebruikshandleiding
, ClO
, NH
2
2
en ClO
-gas, kunnen de omgevings-
2
BEDIENING
S), moet
2
, HCN of PH
3
3
31