Bedieningshandleiding
6
Bedieningsinstructie
In dit hoofdstuk is de bedieningsinstructie weergegeven. Voer voor gebruik altijd eerst de
onderhoudinstructies uit volgens hoofdstuk onderhoud.
LET OP!
Het aggregaat mag alleen bediend worden door een daartoe bevoegd en
voldoende onderricht persoon.
LET OP!
Zorg dat de maximaal in te schakelen belasting nooit meer is dan de
maximale stapbelasting van het aggregaat! (zie technische gegevens)
Er zijn drie bedrijfsmodi: UIT – HAND – AUTO Gebruik de bedrijfskeuzeschakelaar om de gewenste
bedrijfsmode te selecteren.
6.1 OFF mode
Starten van het aggregaat is niet mogelijk.
Indrukken van de knoppen START of STOP geeft geen reactie.
6.2 Man mode
Het aggregaat kan bediend worden met de START en STOP Knop.
Controleer vóór het starten van een aggregaat eerst het oliepeil van de motor en het brandstofniveau
in de brandstoftank. Vul zo nodig olie en / of brandstof bij.
Controleer dat alle zekeringautomaten in de panelen IN staan.
Zorg dat de massaschakelaar ingeschakeld staat (rechtsom gedraaid).
Zet de bedrijfskeuzeschakelaar d.m.v. de bedrijfskeuzeschakelaar in de stand HAND.
6.2.1 Starten
Druk op Start.
Het aggregaat zal opstarten.
Wacht tot het lampje "GENERATORSPANNING OK" oplicht.
Schakel de generatorhoofdschakelaar in
6.2.2 Stoppen
Schakel de generatorhoofdschakelaar uit.
Druk op Stop.
Het aggregaat stopt na afloop van de afkoeltijd. Wil men het aggregaat direct stoppen, dan moet
nogmaals op de Stop knop gedrukt worden.
Bredenoord Aggregaten
©
20