5.2
Waterkwaliteit
Ongeschikt of vervuild cv- en leidingwater kan leiden tot storingen in het
cv-toestel door o.a. slibvorming, corrosie of verkalking. Neem voor meer
informatie over waterkwaliteit contact op met de fabrikant.
▶ Controleer de cv-installatie op vervuiling van het cv-water.
▶ Spoel de cv-installatie indien nodig.
Cv-installatie (vul- en bijvulwater)
▶ Gebruik geen grondwater.
▶ Gebruik uitsluitend onbehandeld leidingwater.
▶ Pas geen waterontharding toe.
▶ Gebruik geen chemische toevoegmiddelen anders dan in paragraaf
"Waterbehandeling" vermeld.
▶ Controleer of de pH-waarde van het cv-water ligt tussen de waarden
die in de technische specificaties staan.
Indien de pH-waarde buiten de specificaties ligt:
▶ Neem contact op met de fabrikant.
Leidingwater (toevoer warmwatervoorziening)
▶ Gebruik geen grondwater.
▶ Gebruik uitsluitend onbehandeld leidingwater.
5.3
Waterbehandeling
OPMERKING
▶ Onder normale condities is waterbehandeling niet noodzakelijk.
▶ Het toevoegen van afdichtingsmiddel aan het cv-water is niet toege-
staan.
Het toepassen van waterbehandeling kan effect hebben op de prestaties
van het cv-toestel. Het is daarom raadzaam zorgvuldig de juiste concen-
tratie en beschermingsgraad te kiezen.
▶ Lees de documentatie van het toe te voegen middel zorgvuldig door.
▶ Controleer in de bestaande cv-installatie het cv-water op de aanwe-
zigheid van ongewenste toevoegmiddelen.
▶ Spoel de cv-installatie indien nodig.
▶ Controleer of alle componenten (incl. radiatoren en warmteopwek-
kers) in de cv-installatie geschikt zijn voor het gebruik van het water-
behandelingsmiddel.
▶ Bepaal de inhoud van de cv-installatie.
▶ Kies de gewenste concentratie en daarmee het aantal liters toe te
voegen waterbehandelingsmiddel.
Antivriesmiddel
De volgende antivriesmiddelen zijn toegestaan:
Benaming
Fernox Protector Alphi-11
Tabel 28 Antivriesmiddelen
Corrosiebeschermingsmiddel
De volgende corrosiebeschermingsmiddelen zijn toegestaan:
Benaming
Fernox HVAC Protector F1
Tabel 29 Corrosiebeschermingsmiddelen
▶ Neem voor meer informatie contact op met de leverancier van het toe
te passen waterbehandelingsmiddel.
ProLine • 6721823664 (2022/09)
Concentratie
zie Fernox-documentatie
Concentratie
zie Fernox-documentatie
6
Montage
WAARSCHUWING
Explosie door gaslekkage.
▶ Sluit de gaskraan voordat aan gasvoerende delen wordt gewerkt.
WAARSCHUWING
Toestelschade of lichamelijk letsel door onvakkundige montage.
Montage, gas-, rookgasafvoer- en elektrische aansluitingen en inbedrijf-
neming van de installatie moeten door een erkend installateur worden
uitgevoerd.
Voor het in en uit bedrijf nemen van het cv-toestel moet de netstekker en
daarmee de contactdoos (230 VAC, 50 Hz) altijd bereikbaar zijn. De
contactdoos dient te zijn uitgevoerd met randaarde.
6.1
Uitpakken cv-toestel
▶ Knip of snijd de boormal uit. Deze bevindt zich op de buitenkant van
de doos.
Voorkom beschadiging van de aansluitingen:
▶ Verwijder het onderste piepschuimdeel pas nadat het cv-toestel is
opgehangen.
Voorkom dat er vuil in het cv-toestel komt:
▶ Dek de rookgasafvoer- en luchttoevoeraansluiting aan de bovenzijde
van het cv-toestel af.
6.2
Controleren gassoort
▶ Controleer of het cv-toestel geschikt is om op de aanwezige gassoort
te worden aangesloten ( tabel 30).
Gassoort
HRC 24/CW3
Aardgas 2E, 2K
Ja
Propaan 3P
Ja, na ombouw Ja, na ombouw Ja, na ombouw
Tabel 30 Controleren gassoort
6.3
Ophangen cv-toestel
▶ Bepaal de plaats van het cv-toestel aan de wand. Houd hierbij reke-
ning met de minimale vrije ruimte aan de voor-, boven- en onderzijde
van het cv-toestel ( afb. 4, pag. 6).
▶ Monteer de ophangbeugel waterpas aan een vlakke wand.
▶ Hang het cv-toestel op door deze in de ophangbeugel te haken.
6.4
Aansluiten gas en water
6.4.1
Algemeen
OPMERKING
Waterschade.
Het cv-toestel kan water bevatten. Dit kan bij het verwijderen van de be-
schermdoppen vrijkomen.
▶ Houd emmer en dweil bij de hand.
▶ Verwijder de beschermdoppen aan de onderzijde van het cv-toestel.
6.4.2
Aansluiten gasleiding
▶ Monteer uit de leveringsomvang de pakking [1], de gasnippel [2] en
de wartel [3] op de gasaansluiting.
▶ Monteer direct op de gasnippel de toestelgaskraan [4] met een door-
laat van minimaal ½".
Montage | 6
Producttype
HRC 24/CW4
HRC 30/CW5
Ja
Ja
17