Controleer of het verschil in gewicht overeenkomt met het gewicht van de
bekende massa.
Als het meetsignaal inderdaad afwijkt controleer dan het systeem op de
volgende punten:
Is de meetversterker correct aangesloten op de klimaatcomputer?
Raadpleeg "Elektrische installatie van de Gewasweegschaal" op pagina 36.
Is de ingestelde modus van de meetversterker in overeenstemming met
de configuratie van de meting in uw klimaatcomputer?
Zijn de krachtopnemers op het juiste meetkanaal van de meetversterker
aangesloten? Raadpleeg hiervoor de sticker aan de binnenkant van de
deksel van de meetkast.
Is de Ridder Groeimonitor juist geconfigureerd, maar heeft u toch
stelselmatig minder groei? Dan is het wellicht mogelijk om uw
teeltstrategie te verbeteren. Neem hiervoor contact op met uw
teeltadviseur.
Wordt de meting van de Ridder Groeimonitor beïnvloed door
temperatuur/straling?
Ja, zoals iedere gewichtsmeting wordt ook de gewichtsmeting van de Ridder
Groeimonitor beïnvloed door temperatuur en het meetprincipe dat wordt gebruikt om
het gewicht te meten is helaas ook temperatuurgevoelig.
Door een interne temperatuur compensatie en een geselecteerde specificatie van de
sensoren is deze invloed bij de Ridder Groeimonitorzeer gering. De afwijking is
weergegeven in onderstaande tabel;
Invloed temperatuur/ straling
Omgevingstemperatuur
Nulpunt
-10 tot 50 °C.
U kunt eenvoudig zelf controleren of uw Groeimonitor aan de specificaties
voldoet met een 'doodgewicht test'. Zie "Doodgewicht test" op pagina49
Ridder Groeimonitor
Afwijking op meetsignaal
< 20 PPM/°C
< 20 PPM/°C
47