16 Verklarende woordenlijst
Aankloppen
Wordt u tijdens een telefoongesprek door nog iemand
opgebeld, hoort u een signaal. Is uw telefoonaansluiting
voor extra functies geactiveerd, dan kunt u tussen de
gesprekken heen en weer schakelen (Zie R-toets, zie
Wisselgesprek).
Afzenderherkenning (= kopregel)
Aan de bovenrand van elke ontvangen faxbladzijde ver-
NL
schijnen nummer en naam van de afzender evenals
datum en tijdstip van de faxtransmissie.
Asymmetric Digital Subscriber Line (ADSL).
Zie Digital Subscriber Line (DSL)
Bellerslijst
In de lijst van bellers worden de nummers van de laatste
bellers opgeslagen. Hiervoor is het nodig dat de num-
merweergave voor uw telefoonaansluiting geactiveerd
is en de beller het meesturen van zijn telefoonnumer
niet onderdrukt heeft (zie Nummerherkenning).
Broadcast
zie Rondzenden
Call-by-Call
Keuze van een telefoonaanbieder voor elk gesprek. Het
is mogelijk telefoongesprekken via verschillende parti-
culiere telefoonaanbieders te voeren. Met kengetallen
vóór het eigenlijke telefoonnummer kan men voor elk
telefoongesprek een andere telefoonaanbieder kiezen
zonder een vaste contractuele binding aan te gaan.
CCITT
Comite Consultatif International Téléphonique et Télé-
graphique (voorloper van de ITU)
CE
Conformité Européenne
Chain Dialling
zie Nummers combineren
CLIP
Calling Line Identification Presentation (zie Nummer-
weergave)
CLIR
Caller Line Identification Restriction (zie Nummer-
weergave)
CNG
Calling Signal (zie Faxsignaal)
Codering
De gegevens van uw faxbericht worden voor de trans-
missie gecodeerd en gecomprimeerd. Minimum stan-
daard is MH (Modified Huffmann). Betere coderingspro-
cedures zijn MR (Modified Read) of MMR (Modified
Modified Read).
82
Digital Subscriber Line (DSL)
Gegevensaansluiting voor privéhuishoudens of bedrij-
ven met hoge overdrachtsnelheid (= breedbandaanslui-
ting) meestal voor internetverbindingen. Voor de DSL
aansluiting kan de vaste telefoonaansluiting worden
gebruikt. Op grond van het gebruikte frequentiebereik
kan internet via DSL tegelijkertijd met de telefoonaan-
sluiting plaats vinden. Voor privéhuishoudens zijn er
meestal aansluitingen beschikbaar met verschillende
overdrachtsnelheden: Asymmetric Digital Subscriber
Line (ADSL). Tegenover een hoge download snelheid
staat meestal een veel lagere upload snelheid.
Doorkiesnummer
Nummer om een bepaalde aansluiting van een telefoon-
centrale direct op te bellen.
DTMF
Dual Tone Multiple Frequency (zie Toonkies-methode)
Easylink
Met de Easylink-functie hebt u extra mogelijkheden ter
beschikking voor het beheer van externe apparatuur die
op dezelfde telefoonlijn als uw toestel is aangesloten
(faxontvangst starten, lijn oproepen, zie extra appara-
tuur) Extra telefoons moeten daarvoor op de toonkies-
procedure (DTMF-tonen) ingesteld.
ECM
Error Correction Mode (zie Reductie van transmissie-
fouten)
Fax afroepen
Met de actieve fax op afroep kan men een document
van een ander faxapparaat afroepen. Voor het afroepen
van faxen van een grotere onderneming met meerdere
afroepfuncties kunt u ook subadressen/doorkiesnum-
mers intoetsen. Hiervoor moet u tussen het faxnum-
mer en het subadres een kiespauze invoegen (zie Kies-
pauze).
Faxgroepen
De faxapparaten worden, afhankelijk van de transmis-
siewijze en -snelheid, in internationaal gestandaardi-
seerde faxgroepen ingedeeld. De verbinding van twee
apparaten van verschillende groepen is mogelijk, dan
wordt de laagste gemeenschappelijke transmissiesnel-
heid gekozen. Het vastleggen van de snelheid vindt tij-
dens de Handshake plaats (zie Handshake). De faxgroe-
pen 1 tot 3 zijn analoge faxapparaten. Groep 1 en 2
bestaan tegenwoordig nauwelijks meer; gebruikelijk zijn
de faxapparaten van groep 3 die een transmissiesnelheid
van 9.600 tot 33.600¦bps hebben. Groep 4 zijn digitale
faxapparaten die uitsluitend met ISDN-installaties func-
tioneren. Deze hebben een transmissiesnelheid van
maximaal 64.000¦bps.
Philips · LaserMFD 6135hfd