Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Installatie; Montageframe; Voorschriften; Aansluiten Kanalen - Orcon HRC 300 4B P/RH Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

3. Installatie

Figuur 1: Onderdelen binnenwerk HRC 300/400 4B(P/RH)
1. Temperatuursensoren (4x)
Meet de temperaturen in alle luchtstromen
2. Vochtsensor
Meet de relatieve luchtvochtigheid van de afvoerlucht
3. Regelprint (Orcon 3.1)
Deze print stuurt de ventilatoren aan, leest de sensoren
uit en bepaald welk scenario geactiveerd moet worden
4. Dipswitches
Hiermee kunnen de ventilatoren worden ingesteld
5. Filters (2x)
Deze filteren beide luchtstromen
6. Draaimodule
Selectie van oriëntatie (huisje-boompje / boompje-huisje)
7. Display
Geeft werking of storingen van HRC aan
8. Ontvangerprint (alleen RH)
Maakt het radiografisch schakelen in verschillende standen
mogelijk
9. Waterslot
Aansluiting voor condensafvoer
10. Ventilatormodule Rechts
Voert vervuilde binnenlucht af uit de woning of voert verse
buitenlucht toe aan de woning. Afhankelijk van draaimodule
oriëntatie
11. Bypassklep
Voor toevoer van koele buitenlucht in de zomernachten
12. Warmtewisselaar
Zorgt voor temperatuur overdracht tussen beide luchtstromen
13. Ventilatormodule (2x)
Voert vervuilde binnenlucht af uit de woning of voert verse
buitenlucht toe aan de woning. Afhankelijk van draaimodule
oriëntatie

3.1 Montageframe

Het montageframe van de HRC kan direct aan de wand worden
bevestigd met behulp van de meegeleverde bouten en pluggen.
Bij de montage moet het toestel zodanig worden geplaatst,
dat contactgeluiden worden vermeden (geen gipswanden).
De hartmaat tussen beide bevestigingsgaten bedraagt 53 cm.
Onder het montageframe dient een vrije ruimte te zijn van
4
Installatie- en onderhoudsvoorschriften HRC 300/400 4B(P/RH)
minimaal 50 cm voor de condensafvoer. Op het montageframe
is aangegeven waar de condensafvoer precies gesitueerd
moet worden. Ook is aangeven waar de elektrische aansluiting
(geaarde wandcontactdoos of perilex wandcontactdoos) moet
komen. De HRC is zelf voorzien van een waterslot voor de druk-
vereffening in de unit. Door de installateur moet wel worden
voorzien in een sifon in de riolering, welke dient als stankafsluiter
ten opzichte van het riool.
Het toestel dient waterpas te worden geplaatst. Houdt rekening
met het benodigde verval voor de condenswaterafvoer.
De opstellingruimte moet vorstvrij zijn.
Zorg voor een vrije ruimte van minimaal 80 cm aan de voorzijde
van het toestel in verband met schoonmaken van de filters en
onderhoud aan het toestel.

3.2 Voorschriften

Het installeren van de HRC moet geschieden overeenkomstig:
Kwaliteitseisen ventilatiesystemen woningen, ISSO 61 Kwaliteits-
eisen gebalanceerde ventilatie in woningen, ISSO 62
De capaciteitsberekening conform het bouwbesluit
Voorschriften voor ventilatie van woningen en woongebouwen,
NEN 1087
De veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties,
NEN 1010 De voorschriften voor het aansluiten op binnen-
riolering in woningen en woongebouwen, NEN 3287
Eventuele aanvullende voorschriften van de plaatselijke
energiebedrijven.
De installatievoorschriften van de HRC 300/400 4B(P/RH).
Netvoeding aansluiten ná montage van de kanalen!

3.3 Aansluiten kanalen

Als het montageframe is gemonteerd kunnen de kanalen worden
gemonteerd. Aan één zijde van de unit komen de kanalen van en
naar de woning, aan de andere zijde de kanalen van en naar buiten.
Om condensatie op de buitenzijde van het buitenlucht-toevoer-
kanaal en het luchtafvoerkanaal vanaf de HRC te voorkomen,
dienen deze kanalen tot op het toestel uitwendig dampdicht te
worden geïsoleerd. Bij voorkeur worden vooraf geïsoleerde
kunststof kanalen van PE of PUR gebruikt. Geadviseerd wordt
om de kanalen van en naar de woning aan te sluiten op het toestel
d.m.v. starre geluiddempers met een minimale lengte van 100 cm.
Denk er bij de dimensionering van de kanalen aan, dat u een
energiebesparende installatie aan het bouwen bent. Zorg dan
ook dat er niet te veel energie verloren gaat, bij het transport
van de lucht door te nauwe kanalen. Het verdient de voorkeur om
de totale weerstand van zowel het toevoersysteem alsook het
afvoersysteem niet boven de 100 Pascal uit te laten komen.
Het toevoerkanalensysteem zo uitvoeren dat in de nominale
stand aan NEN 1070, tabel 4 wordt voldaan. Denk hierbij aan
overspraak en installatiegeluid, ook bij instortkanalen.
De toevoerkanalen zonodig isoleren, b.v. indien deze buiten de
geïsoleerde schil worden aangebracht.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Hrc 400 4b p/rh

Inhoudsopgave