Mesbeschermkap
De mesbeschermkap (A) is bedoeld om te voorkomen dat
een lichaamdeel met de messen (B) in contact komt.
A
B
Controle, onderhoud en service van
de veiligheidsuitrusting van de
machine
WAARSCHUWING! Om service en reparaties
!
aan de machine uit te voeren, moet u een
speciale opleiding hebben. Dit geldt vooral
voor de veiligheidsuitrusting van de
machine. Als de machine één van de
volgende controles niet goed doorstaat,
moet u ermee naar uw servicewerkplaats
gaan. Als u één van onze producten koopt,
garandeert dit dat de reparaties en service
door een vakman kunnen worden
uitgevoerd. Als u uw machine heeft gekocht
bij één van onze dealers die geen
servicewerkplaats heeft, vraag hem dan
waar de dichtstbijzijnde erkende werkplaats
is.
WAARSCHUWING! Gebruik de machine
!
nooit wanneer de veiligheidsuitrusting
defect is. De veiligheidsuitrusting van de
machine moet gecontrolleerd en
onderhouden worden zoals beschreven in
dit hofdstuk. Als uw machine niet door alle
controles komt, moet u ermee naar uw
servicewerkplaats voor reparatie.
WAARSCHUWING! Schakel altijd de motor
!
uit voor u aan de snijuitrusting begint te
werken. De snijuitrusting blijft roteren nadat
u de gashendel heeft losgelaten. Controleer
of de snijuitrusting volledig stilstaat en
demonteer de kabel van de bougie voor u
aan de snijuitrusting begint te werken.
Gashendelvergrendeling
•
Controleer of de gashendel vergrendeld is in de
stationaire stand wanneer de gashendelvergrendeling in
de oorspronkelijke stand staat.
6 –
Dutch
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
•
Druk de gashendelvergrendeling in en controleer of ze
teruggaat naar de oorspronkelijke positie wanneer u haar
loslaat.
•
Controleer of de gashendel en de
gashendelvergrendeling vlot lopen en of hun
terugspringveersystemen werken.
•
Zie de aanwijzingen in het hoofdstuk Start. Start de
heggenschaar en geef vol gas. Laat de gashendel los en
controleer of de messen stoppen en stil blijven staan. Als
de messen bewegen wanneer de gashendel in
stationairstand staat, moet het stationair toerental van de
carburateur afgesteld worden. Zie de aanwijzingen in het
hoofdstuk Onderhoud.
Stopschakelaar
•
Start de motor en controleer of de motor wordt
uitgeschakeld wanneer de stopschakelaar in de
stopstand wordt gezet.
Handbescherming
•
Zorg ervoor dat de handbescherming correct
aangebracht is.
•
Controleer of de handbescherming niet beschadigd is.