BT251
9. Onderhoud
WAARSCHUWING
• Schakel de motor uit en laat hem voldoende
afkoelen voordat u met het onderhoud begint.
Aanraking met een bewegend hulpstuk of hete
uitlaat kan ernstig letsel tot gevolg hebben.
LUCHTFILTER
• Als het luchtfilter verstopt is, nemen de motorprestaties
af. Controleer het luchtfilter en reinig het, indien nodig,
in een warm sopje. Laat het filter volledig opdrogen
voordat u het filter terugplaatst. Een kapot of gekrompen
luchtfilter moet door een nieuwe worden vervangen.
(1)
BRANDSTOFFILTER
• Controleer de dop van de brandstoftank en het
brandstoffilter op verstopping wanneer de
brandstoftoevoer onderbroken wordt.
BOUGIE
• Een moeilijk te starten of een slecht lopende motor is
vaak te wijten aan een vieze bougie. Reinig de bougie
en controleer de elektrodenafstand. Als de bougie
moet worden vervangen, gebruik dan een door
ZENOAH voorgeschreven bougie.
• Bij het verwijderen van de bougie moet de bougiedop
verdraait (1) en omhoog weggetrokken (2) worden.
0,6-0,7 mm
• DE BOUGIE VOOR VERVANGEN IS EEN NGK
BPMR7A
NL-14
(1) Luchtfilter
(1) Brandstoffilter
BELANGRIJK
• Merk op, dat het gebruik van een andere dan de
voorgeschreven bougie kan resulteren in slecht lopende
motor die door oververhitting defect kan raken.
• Draai een nieuwe bougie eerst vingervast en draai hem
vervolgens met een bougiesleutel nog een kwartslag
aan.
AANHAALMOMENT:
UITLAAT
WAARSCHUWING
• Inspecteer de uitlaat regelmatig op loszittende
bevestigingspunten, beschadiging en corrosie.
Schakel de motor direct uit wanneer de uitlaat lek
is en laat de uitlaat onmiddellijk repareren.
• Doet u dit niet, dan kan de motor in brand vliegen.
VONKENVANGER
• De motor is voorzien van een vonkenvangerscherm
aan de uitlaatpoort. Controleer de vonkenvanger
regelmatig en maak deze indien nodig schoon met
een draadborstel.
9,8 - 11,8 Nm
(1 - 1,2 Kg.m)
(1)
(1) Vonkenvanger