2. De Monitor ID en IR-Control instellen.
Voor een goede werking moet de Monitor ID worden ingesteld in het OSD van elke monitor die in serie is geschakeld. U stelt de Monitor ID
in het menu "MULTI DISPLAY" in het OSD in. Het Monitor ID-nummer kan worden ingesteld op een getal tussen 1 en 100. Elke monitor moet
een ander Monitor ID-nummer hebben. U kunt elke monitor in een serie het beste opeenvolgend nummeren vanaf 1. De eerste monitor in de
serie wordt de primaire monitor. De volgende monitoren in de serie zijn secundaire monitoren.
In het menu "ADVANCED OPTION" van de eerste monitor in de RS-232C-serie stelt u de "IR CONTROL" in op "PRIMARY".
Stel bij de andere monitoren de "IR CONTROL" in op de instelling "SECONDARY".
3. Druk op de knop "DISPLAY" op de afstandsbediening terwijl u deze op de "PRIMARY" monitor richt. De OSD-gegevens worden
linksboven op het scherm weergegeven.
Monitor ID: geeft het ID-nummer van de huidige monitor in de serie weer.
Target ID: geeft het ID-nummer van de monitor in de serie weer die kan worden bediend via de huidige monitor.
Met de knoppen "+" of "-" wijzigt u de "Target ID" om het ID-nummer weer te geven van de monitor die u wilt bedienen. Als u alle in serie
aangesloten monitoren tegelijk wilt bedienen, stelt u de "Target ID" in op "ALL".
4. Gebruik de draadloze afstandsbediening om de secundaire monitor te bedienen. Richt de afstandsbediening op de primaire
monitor.
Het "MENU OSD" verschijnt op het beeldscherm van het geselecteerde ID-nummer.
OPMERKING:
als het OSD voor de selectie van het ID-nummer wordt weergegeven, drukt u op de knop "DISPLAY" van de
afstandsbediening terwijl u deze op de primaire monitor richt om dit OSD te sluiten.
TIP:
als de bediening wegvalt door een onjuiste instelling van "IR CONTROL", kunt u het menu "IR CONTROL" resetten naar de functie
"NORMAL" door ten minste 5 seconden op de knop "DISPLAY" op de afstandsbediening te drukken.
Nederlands-31