1
Installatie
1.1
Voorzorgsmaatregelen
DSL-service
De DSL-service moet actief zijn op uw telefoonlijn.
Als een conventionele telefoon en de DSL-service gelijktijdig beschikbaar zijn via hetzelfde koperpaar, hebt u
een centrale splitter of meerdere filters nodig om het DSL- en telefoonsignaal van elkaar te scheiden.
Openbare telefoonlijnen zijn elektrisch geladen en kunnen een elektrische schok veroorzaken.
Probeer slechts splitter/filters op te zetten die speciaal ontworpen zijn om door onbevoegd
personeel te worden geïnstalleerd. Neem voor verdere ondersteuning contact op met uw
internetaanbieder.
Computervereisten
Voor aansluiting van een computer via Ethernet moet u ervoor zorgen dat de computer is uitgerust met
een Ethernet-netwerkkaart (NIC).
Voor draadloze netwerken hebt u een WiFi-gecertificeerde draadloze clientadapter nodig voor elke
computer die u draadloos wilt aansluiten.
Gegevens internetverbinding
U hebt de volgende verbindingsgegevens van uw internetaanbieder:
De methode die uw internetaanbieder gebruikt om verbinding te maken met internet (bijvoorbeeld
PPPoE)
De VPI/VCI (bijvoorbeeld 8/35)
Uw gebruikersnaam en wachtwoord om verbinding met internet te maken voor PPP-verbindingen
Uw IP-instellingen ingeval van statische configuraties
Optioneel kan uw internetaanbieder het serviceprofiel aangeven tijdens de installatie.
Wellicht hebt u deze gegevens ontvangen bij het activeren van het DSL-abonnement bij uw
internetaanbieder. U moet deze gegevens invoeren in een bepaalde stap van de installatieprocedure.
Voice over IP (VoIP)-verbindingsgegevens
Als u wilt kunnen bellen via internet, hebt u de volgende gegevens nodig voor uw VoIP-verbinding:
Een gebruikersaccount bij de VoIP-aanbieder.
De serverinstellingen van uw VoIP-service.
Deze instellingen worden mogelijk door uw internetaanbieder verstrekt.
4
E-DOC-CTC-20080118-0058 v1.0