1 Opmerkingen bij de documentatie
1
Opmerkingen bij de documentatie
NL
1.1
Algemeen
Deze handleiding is bestemd voor
– Technici die vertrouwd zijn met de montage en instal-
latie van de dakventilator.
– Technici die vertrouwd zijn met de bediening van de
dakventilator.
1.2
CE-markering
Rittal GmbH & Co. KG bevestigt dat de dakventilator de
machinerichtlijn 2006/42/EG en de EG-EMC-richtlijn
2004/108/EG naleeft. Er is een overeenkomstige con-
formiteitsverklaring opgesteld, die bij het apparaat wordt
meegeleverd.
1.3
Bewaren van de documenten
De montage-, installatie- en bedieningshandleiding als-
mede alle andere meegeleverde documentatie maken
deel uit van dit product. Ze moeten worden overhandigd
aan de personen die belast zijn met de bediening/het
onderhoud van de dakventilator en moeten altijd binnen
handbereik zijn!
1.4
Symbolen in deze
bedieningshandleiding
Deze documentatie bevat de volgende symbolen:
Gevaar!
Gevaarlijke situatie, die bij het niet in
acht nemen van de instructies altijd leidt
tot zwaar letsel of overlijden.
Waarschuwing!
Gevaarlijke situatie, die bij het niet in
acht nemen van de instructies kan leiden
tot zwaar letsel of overlijden.
Voorzichtig!
Gevaarlijke situatie, die bij het niet in
acht nemen van de instructies kan leiden
tot (licht) letsel.
Opmerking:
Belangrijke instructies en het kenmerken van
situaties die kunnen leiden tot schade aan ei-
gendommen.
Dit symbool duidt op een "actiepunt" en geeft aan dat
u een handeling of arbeidsstap moet uitvoeren.
4
1.5
Geldige documenten
Voor de hier beschreven apparaten is een montage-, in-
stallatie- en bedieningshandleiding beschikbaar als pa-
pieren document.
Voor schade, als gevolg van het niet in acht nemen van
de aanwijzingen in deze handleidingen, kunnen wij niet
aansprakelijk worden gesteld. Indien nodig zijn ook de
handleidingen van de gebruikte toebehoren van toepas-
sing.
2
Veiligheidsvoorschriften
Neem de volgende algemene veiligheidsvoorschriften
in acht bij de montage en bediening van het apparaat.
– Montage, installatie en onderhoud mogen alleen door
speciaal hiervoor opgeleide technici worden uitge-
voerd.
– De luchtaanzuig- en luchtuitblaasopeningen van de
dakventilator aan de binnen- en buitenzijde van de
kast mogen niet zijn gemodificeerd (zie ook paragraaf
4.2.2 "Opbouw van de elektronische componenten in
de behuizing").
– Het vermogensverlies van de in de behuizing geïnstal-
leerde componenten mag de specifieke luchtverplaat-
sing van de dakventilator niet overschrijden
– Gebruik uitsluitend originele reservedelen en toebeho-
ren.
– Breng geen modificaties op de dakventilator aan, die
niet in deze of andere geldige handleidingen zijn be-
schreven.
– De dakventilator mag alleen in spanningsloze toestand
op het net worden aangesloten. Gebruik de in de
technische gegevens vermelde voorzekering
– Steek uw hand niet in het draaiende schoepenrad.
– De dakventilator mag uitsluitend worden gemonteerd
op een gesloten kast die beveiligde toegang tot een
elektrische aansluiting biedt.
– De elektrische aansluiting en eventuele reparaties mo-
gen alleen door erkende vaktechnici worden uitge-
voerd.
– Kinderen en personen met beperkte cognitieve en/of
coördinatieve vaardigheden mogen het apparaat niet
bedienen, onderhouden, reinigen of als speelgoed ge-
bruiken.
– Langdurig verblijf in de luchtstroom kan leiden tot irri-
tatie van de ogen en spieren.
– Bij gebruik van blusgas in de kast dient de dakventila-
tor te worden meegenomen in het brandveiligheids-
concept.
Rittal dakventilator