BEDIENING
Functies en bediening van de oven
Informatie over de uitrusting van de oven,
vindt in hoofdstuk « Kenmerken van het
toestel ».
Oven met gestuurde luchtcirculatie (met
ventilator)
De oven kan verwarmd worden met behulp
van een verwarmingselement bovenaan en
onderaan en een grillelement. De oven kan
bediend worden met behulp van de draaiknop
voor de functie van de oven - draai de draaik-
nop naar de gewenste functie om de oven in
te stellen – en met behulp van de draaiknop
van de temperatuurregelaar – draai de dra-
aiknop naar de gewenste temperatuur om de
oven in te stellen.
De oven kan uitgeschakeld worden door
beide draaiknoppen in de stand ""/"0"
te plaatsen.
Opgelet!
Als er een functie van de oven ingesteld is,
wordt de verwarming (van een verwarmings-
element enz.) pas aangeschakeld als de
temperatuur ingesteld is.
0
0
23
Nulstand
Onafhankelijke verlichting van de
oven
Door de draaiknop in deze stand te
plaatsen wordt de binnenkant van de
oven verlicht.
Snel verwarmen
Het bovenste verwarmingselement,
het broodrooster en de ventilator zijn
ingeschakeld. Toegepast voor het vo-
orverwarmen van de oven.
Ontdooien
Alleen de ventilator is ingeschakeld, er
wordt geen enkel verwarmingselement
gebruikt.
Ventilator en supergrill
Als de draaiknop in deze stand staat,
wordt de functie supergrill met ven-
tilator uitgevoerd. In de praktijk laat
deze functie toe om het braadproces
te versnellen en de smaak van de
gerechten te verbeteren. Zorg dat de
deur van de oven gesloten is tijdens
de bereiding.
Supergrill
Met de functie „supergrill" worden
gerechten gegrild terwijl het ver-
warmingselement bovenaan ook
aangeschakeld is. De functie laat
toe om een hogere temperatuur in
de bovenlaag van de oven te bere-
iken, waardoor de gerechten meer
gebruind worden. Dit laat ook toe om
grotere porties te braden.
Grill aangeschakeld
Oppervlakkig "grillen" wordt toegepast
om kleine porties vlees te braden: ste-
aks, schnitzels, vis, toasts, worstjes,
ovenschotels te grillen (het gegrilde
gerecht mag niet dikker dan 2-3 cm
zijn, tijdens het bakken moet het
omgedraaid worden).