Opmerkingen over het gebruik van het horloge
De dag en de tijd instellen
• Om de dagwijzer snel vooruit te zetten, kunt u de uur- en minuutwijzer terugdraaien tot
vier of vijf uur voorbij het punt waarop de dag gewoonlijk verspringt. Daarna kunt u ze
weervooruitzetten tot de dagwijzer de volgende dag aangeeft.
* De dagwijzer draait niet terug als u de kroon linksom draait.
• Als u de dagwijzer verzet, moet u langzaam aan de kroon draaien.
• De beweging van de 24-uurswijzer correspondeert met de uurwijzer.
• Controleer als u de uurwijzer verzet, of de 24-uurswijzer goed staat.
• Als u de minuutwijzer verzet, zet deze dan eerst vier of vijf minuten later dan de
gewenste tijd en draai hem daarna terug naar het precieze tijdstip.
De datum instellen
• Verzet de datumwijzer niet tussen 9 uur 's avonds (PM) en 1 uur 's morgens (AM), omdat
de datum dan niet op de juiste wijze verspringt.
• Controleer als u de datumwijzer verzet, of hij per dag verspringt.
• Aan het eind van februari en de maanden met dertig dagen moet de datum
bijgesteld worden.
6