Deel 2: configuratie
FEN
Als u een dynamisch IP-adres gebruikt, kunt u met de FEN-service
vanuit een extern programma eenvoudig verbinding maken met
de NVR zonder dat u dynamische IP- of routerinstellingen hoeft te
configureren.
● FEN gebruiken: vink dit aan als u FEN-service wilt gebruiken.
● FEN-naam: nadat u de NVR-naam hebt ingevoerd die u wilt
registreren op de FEN-server, controleert en registreert u de
ingevoerde naam. Dit is een unieke NVR-naam die op de FEN-
server wordt geregistreerd.
• U kunt geen FEN-instellingen opslaan als u niet op de
knop Controleren naast het veld NVR-naam klikt en de
beschikbaarheid van de ingevoerde naam controleert.
• Als u geen NVR-naam of een naam die al staat geregistreerd
op de FEN-server invoert, verschijnt een foutmelding.
• Als de apparaatnaam de symbolen #, \, en/of % bevat, kunt
u vanuit het IDIS Web-programma mogelijk geen verbinding
maken met de NVR.
● FEN Server: voer het IP-adres of de domeinnaam van de
FEN-server in.
Als u de instelling voor de DNS-server onder Netwerk - WAN
hebt geconfigureerd, kunt u de domeinnaam van de FEN-server
in het veld FEN-server invoeren in plaats van het IP-adres.
● Poort: Geef het poortnummer van de FEN-server op.
Als u een IP-router (of NAT) gebruikt, zijn de poortconfiguratie
en andere netwerkfuncties afhankelijk van de gebruiksmethode
van de IP-router (of NAT).
● Status: dit wordt gebruikt om de status van het apparaat te
controleren dat wordt geregistreerd op de FEN-server.
Selecteer Opslaan nadat u wijzigingen hebt aangebracht om de
naam van de NVR op de FEN-server te registreren.
78
Als FEN juist is geconfigureerd, wordt de helpdeskinformatie van
de FEN-server weergegeven in het veld Helpdesk als u het
FEN-instellingenscherm weer opent.