Stap 7
Zorg ervoor dat het schroefpunt boven op de ventilator gelijk ligt met
de uitsparing in de wisselaar geleiding van het toestel.
Let op uitsparing in Wisselaarprofiel
Stap 8
Kantel de ventilator.
Stap 9
Verwijder beide connectoren.
Stap 10
Reinig de ventilator vervolgens met perslucht of een borstel, gebruik
géén water.
Stap 11
Controleer of de anemometer bij de uitblaas van de ventilator nog vrij
kan draaien. Verwijder eventueel het vuil met een zachte borstel.
Stap 12
Plaats na het reinigen van de ventilator beide connectoren weer
terug op de ventilator.
Stap 13
Plaatst de ventilator weer terug in de behuizing. Zorg ervoor dat bij het
plaatsen het schroefpunt boven op de ventilator weer gelijk ligt met de
uitsparing in de behuizing.
44
Stap 14
Zorg ervoor dat de rib aan de onderkant van de behuizing weer vast klemt.
Stap 15
Zorg ervoor dat de rib aan de onderkant van de behuizing weer vast
klemt en plaatst de kunststof borging weer terug.
Stap 16
Herhaal bovenstaande stappen voor de andere ventilator.
Stap 17
Plaats de warmtewisselaar weer terug, Let hierbij op dat de kleur
indicaties op het toestel en de warmtewisselaar overeen komen.
Stap 18
Plaats de filtergrepen, kunststof voorplaat en de metalen voorplaat
weer terug.
Stap 19
Voorzie het toestel weer van spanning.
45