5.
Zet altijd de wielklemmen aan de wielen van een fiets met behulp van de
wielriemen. Door deze wielriemen wordt de fiets gefixeerd op de drager
en kunnen de wielen niet uit de wielgoot raken tijdens het rijden.
6.
Controleer bij lange ritten of bij slecht of onverhard wegdek regelmatig
(elke 2-3 uur) de bevestiging van de fietsen en de drager.
7.
Controleer voordat u wegrijdt met de auto altijd of de verlichting van
de fietsendrager het doet. Rijden met een fietsendrager met niet-
functionerende verlichting is strafbaar. De bestuurder van de auto is hier
verantwoordelijk voor.
8.
Kinderzitjes, bidons etc. dienen van tevoren van de fiets gehaald te
worden. Deze onderdelen kunnen tijdens het rijden losraken. Het wordt
aangeraden om ook fietstassen van de fiets te halen.
9.
Als de drager niet op de trekhaak gemonteerd is, plaats dan de
trekhaakstekker altijd in de bijbehorende houder. Dit om schade te
voorkomen.
10. De fietsendrager kan op slot worden gezet tegen diefstal en om spontane
ontgrendeling te voorkomen. Maak daarom altijd gebruik van deze sloten
als u op pad gaat met de XLC Azura Xtra.
11. Let op bij het plaatsen en afnemen van de fietsendrager dat u eerst het
slot ontgrendelt. Zo voorkomt u schade aan de drager.
12. Om de levensduur van de fietsendrager te verlengen is het belangrijk om
de drager droog op te slaan en goed te onderhouden (zie hoofdstuk 12:
Onderhoud en vervanging).
13. Als u een ongeluk hebt gehad met uw voertuig terwijl de fietsendrager
bevestigd was dient u de drager bij de dealer te laten nakijken op schade.
Ook na een uitwijkmanoeuvre of langdurig rijden op slecht wegdek dient
u de drager te laten nakijken.
8