2.
Ga naar
Configuratiescherm
Nieuw.
Selecteer een telefoon
apparaat gaat op zoek naar compatibele apparaten die
de draadloze Bluetooth-technologie ondersteunen.
3.
Selecteer de gewenste telefoon in de lijst met
gevonden apparaten en selecteer OK. Uw apparaat
genereert een wachtwoord.
4.
Gebruik in
Koppelen met apparaat
wachtwoord of vervang het door een zelfbedacht
wachtwoord. Als u wilt definiëren of het gekoppelde
apparaat al dan niet kan worden vertrouwd (uw
telefoon kan zonder melding een verbinding maken met
het internettablet), schakelt u
apparaat
in of uit. Selecteer
wachtwoord op uw compatibele telefoon in.
5.
Als de koppeling is geslaagd, wordt de wizard Mobiele
operator instellen geopend. Gebruik deze om de
instellingen van de internetverbinding op te slaan. Als
u de instellingen eerder hebt opgeslagen of ze wilt
opslaan zodat u ze later vanuit het configuratiescherm
kunt gebruiken, selecteert u Annuleren.
Tik op
en selecteer
Configuratiescherm
als u naderhand naar de
installatiewizard wilt gaan. Ga naar
Configuratiescherm
en selecteer
Mobiele operator
instellen....
6.
Selecteer
Voltooien
om de instellingen op te slaan.
>
Telefoon
en selecteer
wordt geopend en het
het gegenereerde
Instellen als vertrouwd
OK
en voer hetzelfde
Instellingen
>
>
Extra
>
Wizard
Handmatig een verbinding maken
Tik op
en selecteer
Instellingen
als u een mobiele verbinding handmatig wilt instellen. Ga
naar
Configuratiescherm
en selecteer
Verbindingen
> Nieuw. De wizard voor het instellen van
de verbinding wordt geopend. Selecteer
verder te gaan.
1.
Definieer in
Verbinding instellen: Naam en type
volgende instellingen:
Verbindingsnaam
– Geef een beschrijvende naam voor
de verbinding op.
Verbindingstype:
– Selecteer het type netwerk
waarmee u toegang tot internet wilt krijgen.
Als u een gekoppeld packet-gegevensdienst in een
mobiel netwerk wilt gebruiken, zoals GPRS, selecteert
u Packet-gegevens.
Als u een circuitgeschakelde gegevensdienst in een
mobiel netwerk wilt gebruiken, zoals HSCSD (High-
Speed Circuit-Switched Data-netwerkdienst),
selecteert u Gegevensoproep.
Selecteer
Volgende
om verder te gaan.
2.
Het apparaat detecteert het type mobiel netwerk van
uw telefoon automatisch wanneer u de telefoon aan
het apparaat koppelt. Als u echter geen mobiele
>
Configuratiescherm
Connectiviteit
>
Volgende
om
de
25