[3] Automatische herstart
Bij herstelling van de stroomvoorziening na een onderbreking van de
voeding worden door de automatische herstartfunctie de instellingen
van de gebruikersinterface van vóór de onderbreking van de voeding
hersteld.
LET OP
Laat de automatische herstartfunctie dan ook bij
voorkeur ingeschakeld.
Vergeet niet dat wanneer de functie uitgeschakeld is, de weektimer
niet zal worden geactiveerd wanneer de unit na een onderbreking
van de voeding weer stroom krijgt. Druk op de pr-knop om de
weektimer weer in of uit te schakelen.
[3-00] Status: bepaalt of de automatische herstartfunctie
AAN (0) of UIT (1) staat.
LET OP
Als de voeding met kWh-voordeeltarief van het type is
waarbij de voeding wordt onderbroken, moet de
automatische herstartfunctie altijd worden toegelaten.
[4] Werking
backup-/boosterverwarming
temperatuur verwarmen van ruimten
Werking backupverwarming
De werking van de backupverwarming kan worden geactiveerd of
gedeactiveerd, of zij kan worden gedeactiveerd afhankelijk van de
werking van de boosterverwarming.
[4-00] Status: bepaalt of de werking van de backup-
verwarming ingeschakeld (1) of uitgeschakeld (0) is.
[4-01] Voorrang: bepaalt of de backupverwarming en de
boosterverwarming gelijktijdig (0) kunnen werken, ofwel of de
boosterverwarming voorrang heeft op de backupverwarming
(1), ofwel of de backupverwarming voorrang heeft op de
boosterverwarming (2).
Wanneer de lokale instelling voor de prioriteit
LET OP
op ON (1) staat, kan de prestatie voor het
verwarmen van ruimten door het systeem
lager liggen bij lage buitentemperatuur,
aangezien bij een vraag van verwarming van
water voor huishoudelijk gebruik de backup-
verwarming niet beschikbaar zal zijn voor het
verwarmen van ruimten (de warmtepomp
zorgt nog steeds voor het verwarmen van
ruimten).
Wanneer de lokale instelling voor de prioriteit
op ON (2) staat, kan de prestatie voor het
verwarmen van water voor huishoudelijk
gebruik door het systeem lager liggen bij lage
buitentemperatuur, aangezien bij een vraag
van verwarming van ruimten de booster-
verwarming niet beschikbaar zal zijn voor het
verwarmen van water voor huishoudelijk
gebruik. De warmtepomp zorgt wel nog
steeds voor het verwarmen van water voor
huishoudelijk gebruik.
Wanneer de lokale instelling voor de voor-
rang op OFF (0) staat, moet het stroom-
verbruik binnen de limieten van de voeding
blijven.
Uitschakeltemperatuur verwarmen van ruimten
[4-02]
Uitschakeltemperatuur
buitentemperatuur waarboven het verwarmen van ruimten
wordt uitgeschakeld om een teveel aan verwarming te
voorkomen.
EKHBH/X008BA
Binnenunit voor lucht-water-warmtepompsysteem
4PW54185-1
en
uitschakel-
verwarmen
van
ruimten:
Werking boosterverwarming
Alleen van toepassing op installaties met een tank voor warm water
voor huishoudelijk gebruik.
De werking van de boosterverwarming kan worden geactiveerd of
beperkt afhankelijk van de buitentemperatuur (T
het warm water voor huishoudelijk gebruik (T
werkingsstand van de warmtepomp.
[4-03] Werking boosterverwarming: bepaalt of de werking
van de optionele boosterverwarming geactiveerd(1) of op
een bepaalde manier beperkt (0/2/3) is.
Verklaring van instellingen van [4-03]
De boosterverwarming zal/kan alleen werken als de stand voor
warm water voor huishoudelijk gebruik geactiveerd is (w).
[4-03]=0, dan is de werking van de boosterverwarming alleen
toegestaan tijdens "[2] Desinfecteringsfunctie" en "Krachtig
verwarmen van water voor huishoudelijk gebruik" (zie
gebruiksaanwijzing).
Deze instelling is alleen aanbevolen in het geval dat de
capaciteit van de warmtepomp gedurende het volledige
verwarmingsseizoen volstaat voor de behoeften voor
verwarming van de woning en voor het warm water voor
huishoudelijk gebruik.
Het resultaat van deze instelling is dat het warm water voor
huishoudelijk gebruik nooit door de boosterverwarming zal
worden verwarmd, behalve bij de "[2] Desinfecteringsfunctie"
en "Krachtig verwarmen van water voor huishoudelijk
gebruik" (zie gebruiksaanwijzing).
Als de werking van de boosterverwarming beperkt is
([4-03]=0) en de buitentemperatuur
lokale instelling waar parameter [5-03] is op ingesteld
en [5-02]=1, wordt het water voor huishoudelijk
gebruik niet verwarmd.
Deze instelling heeft als gevolg dat de temperatuur
van het warm water voor huishoudelijk gebruik (T
maximaal gelijk kan zijn aan de uitschakeltemperatuur
van de warmtepomp (T
[6-00] en [6-01] in
[4-03]=1, dan wordt de werking van de boosterverwarming
alleen bepaald door de uitschakeltemperatuur van de
boosterverwarming (T
boosterverwarming (T
"[7-00]" op pagina 29
[4-03]=2, dan is de werking van de boosterverwarming alleen
toegestaan als de warmtepomp buiten het "bedrijfsbereik"
van de stand verwarmen van water voor huishoudelijk
gebruik van de warmtepomp valt (T
de temperatuur van het warm water voor huishoudelijk
gebruik 2°C lager is dan de uitschakeltemperatuur van de
warmtepomp (T
HP OFF
huishoudelijk gebruik (T
[5-03] op
pagina
28, [6-00] op
pagina
29).
Dit resulteert in de meest optimale dekking van warm water
voor huishoudelijk gebruik verwarmd door de pomp.
[4-03]=3, dan is de werking van de boosterverwarming
dezelfde als instelling 1, behalve dat de boosterverwarming
UIT is wanneer de warmtepomp actief is in de stand warm
water voor huishoudelijk gebruik. Deze functionaliteit heeft
als gevolg dat instelling [8-03] niet relevant is.
Dit resulteert in een optimale dekking van warm water voor
huishoudelijk gebruik verwarmd door de warmtepomp in
verband met [8-04].
), temperatuur van
A
DHW
lager is dan de
T
A
). Zie instelling van
HP OFF
"[6]" op pagina
29.
), inschakeltemperatuur van de
BH OFF
) en/of weektimer. Zie instelling
BH ON
en
"[7-01]" op pagina
30.
<[5-03] of T
A
A
) voor de stand warm water voor
>T
–2°C). (Zie instelling
DHW
HP OFF
pagina 29
en [6-01] op
Montagehandleiding
) of de
)
DHW
>35°C) of
27