2. Het starten van een bloeddrukmeting
Om de bloeddruk te meten, sluit u eerst de manchet aan op de bloeddrukmeter. (Zie onderstaand
figuur)
Plaats vervolgens de manchet op de juiste manier om de arm. (U kunt ook eerst de manchet
omdoen en dan aansluiten op het apparaat)
Druk vervolgens op de AAN/UIT/START-knop en de meting begint.
Volg onderstaande stappen voor een juiste meting:
1. Druk, nadat u de manchet om uw arm heeft gedaan en een paar minuten rust heeft genomen,
op de "AAN/UIT/START" knop. Alle displays verschijnen ongeveer één seconde voordat ze
terugkeren naar "0".
2. Het apparaat blaast automatisch op tot het juiste opblaasniveau op basis van de pulsaties van de
gebruiker. De meting begint dan. Het is belangrijk om tijdens het meten stil en rustig te blijven.
Elke significante beweging kan de meetresultaten beïnvloeden.
3. Wanneer de meting is voltooid, worden systolisch, diastolisch en hartslag gelijktijdig
weergegeven en automatisch opgeslagen in het geheugen. Er kunnen maximaal 90 metingen
worden opgeslagen.
4. Als een Onregelmatige Hartslag (IHB) wordt gedetecteerd tijdens een meting, wordt het IHB
symbool zichtbaar. Als het IHB symbool vaker verschijnt wordt het aanbevolen om uw (huis)arts
te raadplegen.
Opmerkingen:
•
Deze monitor wordt automatisch uitgeschakeld ongeveer 1 minuut na de laatste
toetsaanslag.
Om de meting te onderbreken, drukt u eenvoudig op de AAN/UIT/START-knop; de manchet
•
loopt onmiddellijk leeg.
4