9.6 Bepaling van de index voor het lichaamsgewicht (Body Mass Index).
Een voorwaarde voor het berekenen van de BMI factor is een bekende
lichaamslengte van bepaalde persoon. Het moet bekend zijn.
• De betrouwbare bepaling van de BMI aanduiding enkel mogelijk is voor de
lichaamshoogte binnen het bereik tussen 100 cm en 200 cm en het gewicht
> 10 kg.
• Bij onrustig wegen de aanduiding met "Hold" modus stabiliseren.
9.6.1 Classificering van de waarde van de BMI factor
De classificatie van het gewicht voor volwassenen boven 18 jaar op grond van de
BMI factor conform WHO, 2000 EK IV en WHO 2004 (WHO - World Health
Organization – de Wereldgezondheidsorganisatie).
Categorie
Ondergewicht
Gewoon gewicht
Overgewicht
Voor-overgewicht
Overgewicht graad I
Overgewicht graad II
Overgewicht graad III
MCC-M-BA-nl-1730
De weegschaal met de toets
De persoon in het midden van het weegplateau stellen.
Afwachten totdat de stabilisatieaanduiding "STABLE"
verschijnt.
De toets
drukken.
Het verschijnt de vooraf ingevoerde lichaamslengte waarde
verschijnt, actieve positie blinkt.
De lichaamslengte met de toetsen
De ingevoerde waarde met de toets
De weegschaal staat vanaf dat ogenblik in de BMI modus,
het symbool "BMI" verschijnt, "kg" aanduiding verdwijnt.
Het verschijnt BMI factor.
Terug naar de weegmodus met de toets
Het "BMI" symbool verdwijnt, het verschijnt "kg" aanduiding.
2
BMI (kg/m
)
< 18,5
18,5–24,9
> 25,0
25,0–29,9
30,0–34,9
35,0–39,9
> 40
aanzetten.
Ziekterisico bij overgewicht
laag
gemiddeld
licht vergroot
vergroot
hoog
Zeer hoog
en
invoeren.
bevestigen.
.
32