Controleer of het verwarmingsgedeelte van
12
uw verwarmingssysteem is geactiveerd
13
Houd de thermostaat in de buurt van de
verwarmingsmodule
Om ervoor te zorgen dat uw thermostaat kan
communiceren, moet hij aan de verwarmingsmodule
zijn gekoppeld. Plaats de thermostaat op de
verwarmingsmodule (of op maximaal 5 centimeter
afstand)
14
Activeer de COMAP Smart Home-thermostaat
Wanneer de thermostaat is geactiveerd, wordt er
een huissymbool weergegeven. Wanneer hij met de
verwarmingsmodule is gekoppeld, wordt in deze
volgorde het volgende weergegeven:
• Een dubbele pijl <->
• De huidige temperatuur
• De temperatuurinstelling
De connectiviteits-LED (rechts) op de
verwarmingsmodule stopt met knipperen
en blijft continue branden
17