Algemene informatie
Kleurcorrectie
Frequentie
Stel in hoeveel keer de kleurcorrectie (kleurkalibratie en automatische registratie) wordt doorgevoerd. De
fabrieksinstelling is Normaal. Tijdens het kleurcorrectieproces wordt wat toner verbruikt.
a
Druk op a of b om Kleurcorrectie te selecteren. Druk op OK.
b
Druk op a of b om Frequency te selecteren. Druk op OK.
c
Druk op a of b om Normaal, Laag of Uit te kiezen. Druk op OK.
Kleurkalibratie
De uitvoerdichtheid voor iedere kleur kan variëren afhankelijk van de omgevingsfactoren van de machine,
zoals temperatuur en vochtigheid. Met kalibratie kunt u de kleurdichtheid verbeteren.
OPMERKING
• Als u met de Windows
zowel de selectievakjes Calibratiegegevens gebruiken en Apparaatgegevens automatisch opvragen
zijn aangevinkt. De standaardinstellingen zijn geactiveerd. Raadpleeg Kleurkalibratie uu pagina 43.
• Als u met de Macintosh-printerdriver afdrukt, moet u kalibreren via de Status Monitor. Schakel de Status
Monitor in en selecteer vervolgens Kleurcalibratie in het menu Besturing. Zie Status Monitor
uu pagina 80 voor meer informatie over het inschakelen van de Status Monitor.
Kalibratie
a
Druk op a of b om Kleurcorrectie te selecteren. Druk op OK.
b
Druk op a of b om Kleurkalibratie te selecteren. Druk op OK.
c
Druk op a of b om Calibreren te selecteren. Druk op OK.
d
Druk op a om Ja te selecteren.
De machine voert de kalibratie uit en keert terug naar de stand Gereed.
Resetten
Zet de parameters voor kalibreren terug op de fabrieksinstelling.
a
Druk op a of b om Kleurcorrectie te selecteren. Druk op OK.
b
Druk op a of b om Kleurkalibratie te selecteren. Druk op OK.
c
Druk op a of b om Reset te selecteren. Druk op OK.
d
Druk op a om Reset te selecteren.
De LCD toont Geaccepteerd en keert vervolgens terug naar de stand Gereed.
®
-printerdriver afdrukt, ontvangt de driver de kalibratiegegevens automatisch als
3
3
3
3
107