9. DEMONTAGE EN BUITENBEDRIJFSTELLING
Het volgende moet worden gedaan bij het uit bedrijf stellen:
• Ontkoppel de unit van het stroomnet, d.w.z. de elektrische kabels worden
verwijderd.
• Sluit de toevoer en retour van de warmtebron en laat het medium van de
bronleidingen aan de bovenzijde van de warmtepomp weglopen.
• Sluit de aanvoer QN7 van koud water en sluit een slang aan op de retourklep zodat
het water van het buffervat naar de dichtstbijzijnde vul- en aftapkraan QN5 kan
weglopen.
• Verwijder de water- en verwarmingsleidingen.
De unit moet uit bedrijf worden gesteld op de meest milieuvriendelijke manier.
Wanneer het product wordt weggegooid, volg de lokale gemeentelijke richtlijnen
inzake afvalverwijdering.
43