ONDERBREKEN EN AANPASSEN
VAN HET PROGRAMMA
HANDMATIGE ONDERBBREKINGEN
Het wasprogramma wordt gestopt en onderbroken door op toets (1) door op toets (1) VOOR
IN/UITSCHAKELING/PAUZE (RESET) te drukken en deze langer dan 3 seconden vast te houden.
Signaallampjes zullen knipperen op het display. Tegelijkertijd pompt de wasmachine het water
uit de wastrommel. Wanneer het water is weggepompt, wordt de deur van de wasmachine
ontgrendeld. Als het water in de wasmachine heet is, zal de wasmachine het automatisch laten
afkoelen en vervolgens afpompen/legen.
PERSOONLIJKE INSTELLINGEN
Basis- of standaardinstellingen voor elk wasprogramma kunnen worden gewijzigd. Wanneer u het
programma en aanvullende functies selecteert, kunt u een dergelijke combinatie opslaan door de (3)
START/PAUZE-toets gedurende vijf seconden ingedrukt te houden. S C verschijnt op het display.
Het programma blijft opgeslagen totdat het met dezelfde procedure wordt gewijzigd.
Persoonlijke instellingen kunnen ook worden gereset naar de fabrieksinstellingen in het
gebruikersmenu.
PERSOONLIJKE INSTELLINGEN-MENU
Schakel de wasmachine in door op de (1) VOOR IN/UITSCHAKELING/PAUZE (RESET)-toets te
drukken. Om het menu voor Persoonlijke instellingen te openen, drukt u tegelijkertijd op de posities (10)
CENTRIFUGE (TOERENTAL CENTRIFUGE –CENTRIFUGEREN/POMPEN/POMP STOP) en (13) EXTRA
WATER (WATER TOEVOEGEN). Indicatielampjes voor POWER SAVE, TIME SAVE, DOSE ASSIST en
GREEN BAR gaan branden op het beeldscherm. Nummer 1 verschijnt op het LED-display en geeft de
instellingenfunctie aan. Draai de programmakeuzeknop (2) naar links of rechts om de functie te kiezen die
moet worden gewijzigd.
Druk op de TEMP. (WASTEMPERATUUR) positie om de gewenste functies en relevante instellingen te
bevestigen. Druk op de (7) VOORWAS-positie om een stap terug te gaan. Als de gewenste instellingen
niet binnen 20 seconden worden geselecteerd, keert het programma automatisch terug naar het
hoofdmenu.
Nummer 1 geeft het volume van het Akoestische signaal aan. Het volume van het akoestische signaal
kan op vier niveaus worden ingesteld (0 betekent dat het geluid uit is; 1 betekent dat het knop geluid is
geactiveerd; 2 betekent een laag volume en 3 betekent een hoog volume). Kies het volumeniveau door
de programmakeuzeknop (2) naar links of naar rechts te draaien. De laagste instelling betekent dat het
akoestische signaal is uitgeschakeld.
Nummer 2 geeft Waterhardheid aan. Waterhardheid kan op drie niveaus worden ingesteld. Om de
waterhardheid te selecteren, draait u de programmakeuzeknop (2) naar links of rechts en kiest u tussen
zacht (2:1), middel (2:2) en hard (2:3) water.
Voor een juiste werking van de functie (5) DOSE ASSIST, wordt instelling van de hardheid van het
water aanbevolen.
49