Algemene inspectie uitvoeren
•
Controleer of alle moeren en schroeven op het
product goed zijn vastgedraaid.
Het motoroliepeil controleren
1. Verwijder de olietankdop en peilstok.
2. Veeg de olie van de peilstok.
3. Steek de peilstok volledig terug in de olietank.
4. Verwijder de peilstok.
5. Controleer het oliepeil op de peilstok.
6. Als het oliepeil laag is, vult u bij met motorolie en
controleert u het oliepeil opnieuw. Zie
gegevens op pagina 17 of de motorhandleiding
voor het juiste type olie.
De motorolie verversen
Als de motor koud is, moet u de motor starten en 1-2
minuten laten draaien voordat u de motorolie aftapt.
Hierdoor wordt de motorolie warm en is deze
gemakkelijker af te tappen.
WAARSCHUWING: Motorolie is nog erg
heet direct nadat de motor stopt. Laat de
motor afkoelen voordat u de motorolie
aftapt. Als u motorolie morst op uw huid,
was die dan af met water en zeep.
1. Plaats een opvangbak onder de aftapplug voor de
motorolie.
2. Verwijder de olieaftapplug (A) en sluit een slang (B)
aan.
A
3. Kantel het product en laat de olie in de opvangbak
lopen.
4. Verwijder de slang.
5. Monteer de olieaftapplug en draai deze vast.
6. Vul de motor met nieuwe motorolie. Raadpleeg de
motorhandleiding voor het juiste type olie.
7. Controleer het motoroliepeil.
1107 - 005 - 04.12.2020
Technische
B
Het luchtfilter reinigen of vervangen
WAARSCHUWING: Gebruik goedgekeurde
ademhalingsbescherming wanneer u het
luchtfilter reinigt of vervangt. Voer gebruikte
luchtfilters op de juiste manier af. Het stof in
het luchtfilter is schadelijk voor uw
gezondheid.
WAARSCHUWING: Reinig het luchtfilter niet
met perslucht. Dit veroorzaakt schade aan
het luchtfilter en het risico neemt toe dat u
gevaarlijk stof inademt.
1. Maak de 2 schroeven los van het luchtfilterdeksel (A)
en verwijder het luchtfilterdeksel.
B
A
2. Verwijder het schuimfilterelement (B) van het
luchtfilterdeksel.
3. Verwijder het papieren filterelement (C) van het
luchtfilterhuis (D).
4. Reinig het luchtfilterhuis en het luchtfilterdeksel met
een vochtige doek.
5. Controleer de luchtfilterelementen. Gooi
beschadigde luchtfilterelementen weg.
OPGELET: Vervang een beschadigd
luchtfilter altijd, anders komt het stof in
de motor en kan de motor beschadigd
raken.
6. Tik het papieren filterelement tegen een hard
oppervlak of gebruik een stofzuiger om de deeltjes te
verwijderen.
OPGELET: Zorg ervoor dat de zuigmond
van de stofzuiger het oppervlak van het
papieren filterelement niet raakt. Houd
een kleine afstand aan. Het gevoelige
oppervlak van het papieren filterelement
raakt beschadigd als er voorwerpen mee
in aanraking komen.
7. Reinig het schuimfilterelement met een oplossing
van zeep en water.
D
C
13