GEBRUIK DE TELEFOON VERSTANDIG
Gebruik de telefoon alleen zoals het is bedoeld. Raak de antenne niet onnodig aan.
DESKUNDIG ONDERHOUD
Laat alleen bevoegd personeel het apparaat installeren of repareren.
ACCESSOIRES EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde accessoires en batterijen. Sluit geen ongeschikte producten aan.
WATERBESTENDIGHEID
De telefoon is niet waterbestendig. Houd het apparaat droog.
MAAK BACK-UPS
Vergeet niet om een back-up te maken van alle belangrijke gegevens.
AANSLUITEN OP ANDERE APPARATEN
Wanneer u het apparaat op een ander apparaat aansluit, moet u de gebruikershandleiding van dat
apparaat lezen voor gedetailleerde veiligheidsinstructies. Sluit geen ongeschikte producten aan.
BELLEN
Controleer of de telefoon is ingeschakeld. Toets het net- en abonneenummer in en druk op
. Als
u een gesprek wilt beëindigen, drukt u op
. Als u een oproep wilt beantwoorden, drukt u op
.
ALARMNUMMER KIEZEN
Controleer of de telefoon is ingeschakeld. Druk zo vaak als nodig is op
om het scherm leeg te
maken (bijvoorbeeld om een gesprek te beëindigen, een menu af te sluiten, enzovoort). Toets het
alarmnummer in en druk op
. Geef op waar u zich bevindt. Beëindig het gesprek niet voordat u
daarvoor toestemming hebt gekregen.
12
Copyright © 2002 Nokia. All rights reserved.