5.1. Draagzak/trainingsmat ②
Vouw de zak open. Maak de pop stevig vast aan de traningsmat door de fitting op de
trainingsmat in de uitsparing bovenaan de achterkant van de pop te steken.
5.2. De benen bevestigen aan de torso ③
Trek de broek een beetje omlaag bij de heupen. Plaats de benen zodanig dat de twee
pluggen op het heupdeel in de bijbehorende gaten aan de onderkant van de romp van
de pop glijden. Zie 3.1.
Druk de twee klittenbandsluitingen stevig vast op het lichaam. Zie 3.2.
Om de benen te verwijderen trekt u de klittenbandsluitingen los, waarna de benen
worden losgekoppeld.
5.3. Monitoringsinstrument
Activeer het instrument door de pal ingedrukt te houden. Wanneer het instrument niet
is geactiveerd (= naar buiten is getrokken), wordt noch de pop, noch het instrument
beschadigd tijdens het verrichten van hartmassage.
5.4. Puls in de halsslagader ④
Plaats de buis met blaasbalgen op de buisaansluiting.
De instructeur kan nu de puls in de halsslagader handmatig activeren door in de
blaasbalgen te knijpen.
5.5. Aanpassen van de stijfheid van de borst ⑤
Desgewenst kunt u de stijfheid van de borst aanpassen door de duimschroef aan de
achterkant van de pop losser te draaien: voor minder stijfheid zet u deze in de positie
'LOW' en voor meer stijfheid in de positie 'HIGH'.
De getoonde waarden – ongeveer 6 N/mm (0,6 kg/mm) en 11 N/mm (1,1 kg/mm) – geven
aan hoeveel kracht u moet zetten om de borst 1 mm in te drukken.
Voorbeeld: Om de borst 40 mm in te drukken in de stand 'LOW' is een kracht van
ongeveer 240 Newton (24 kg) nodig.
De normale stand is 'MEDIUM' (ongeveer 8,5 N/mm, oftewel 0,85 kg/mm).
5.6. Plaatsing van de batterij (alleen voor AmbuMan Airway Wireless) ⑥
De batterijhouder bevindt zich aan de achterkant van de pop. Houd de pal (6.1) ingedrukt
om de houder te openen en de batterij te verwijderen.
NB Zorg ervoor dat de batterij correct wordt geplaatst in de batterijhouder
117
5.7. Voeding (alleen voor AmbuMan Airway Wireless) ⑥
De pop kan worden gevoed met een universele externe AC/DC-adapter (uitgang: 12 V /
2,0 A) met een rechte aansluitstekker (5,5 x 2,1 x 12 mm). U kunt de aansluiting in de
contactdoos in de batterijhouder steken. Zie 6.2.
6. Gebruik van de pop
6.1. Beademing ⑦
De pop wordt niet geleverd met een hygiënesysteem, omdat doorgaans een
reanimatieapparaat wordt gebruikt. Daarom mag u geen mond-op-mond- of mond-op-
neusbeademing toepassen.
U kunt de beademing verrichten aan de hand van een reanimatieapparaat met een
masker (7.1), een endotracheale buis (7.2) of andere moderne apparaten voor het beheer
van de luchtwegen.
Bij correcte beademing beweegt de borst van de pop omhoog en omlaag. Bij beademing
met een zak en een masker kan maaginflatie optreden. In dat geval beweegt de maag van
de pop omhoog. Dit gebeurt wanneer de pop te snel wordt beademd, het volume te
hoog is of het hoofd niet juist gekanteld is. Zoals in echte situaties wordt het gevaar op
maaginflatie bij beademing met de intubatiebuis weggenomen wanneer de buis correct
is ingebracht.
6.2. Intubatie
Intubatie is mogelijk via de mond van de pop (orale intubatie). Intubatie door de neus
(nasale intubatie) is niet mogelijk.
U kunt de intubatie verrichten met moderne apparatuur voor het beheer van de
luchtwegen, zoals ET-buizen (een endotracheale buis met een binnendiameter van 8 mm
wordt aanbevolen), een supraglottisch luchtwegbeheerinstrument, Combitube
Het inbrengen van de laryngoscoop en de endotracheale buis moet zeer zorgvuldig
gebeuren alsof het een echte patiënt betreft. Het is belangrijk om het tongdeel in te
smeren vanaf de mondholte tot aan de witte strepen die de stembanden voorstellen.
Dit doet u met de bijbehorende wateroplosbare smeergel. Smeer het tongdeel steeds
in als het droog aanvoelt. Giet geen smeergel in het tongdeel, maar breng een dun
laagje smeergel aan op de onderdelen. Het is ook belangrijk om de tracheale buis en de
laryngoscoop goed in te smeren met smeergel.
TM
enz.
118