2
Veiligheid
2.1
Reglementaire toepassing
Deze apparaten zijn bestemd voor het omsnoeren van pakketten, dozen, palletladingen, enz. De ap-
paraten zijn geschikt voor het omsnoeren met kunststof verpakkingsband (polypropyleen en polyester)
(hoofdst. 7). Gebruik de apparaten uitsluitend zoals in deze handleiding beschreven.
2.1.1
Mogelijk foutief gebruik
●
Stalen omsnoeringsbanden kunnen in dit apparaat niet worden gebruikt.
●
Het is niet toegestaan omsnoerde goederen aan de omsnoering te hijsen, op te hangen of te
trekken.
●
De apparaten mogen niet eigenmachtig worden gemodificeerd.
●
De apparaten mogen niet worden gebruikt voor het comprimeren van goederen.
2.2
Veilig werken
De handleiding / gebruiksaanwijzing moet te alle tijden op de plek van gebruik van de
apparaten beschikbaar zijn. Deze moet door alle personen gelezen en gebruikt worden
die met de apparaten of in de directe omgeving daarvan werken. De apparaten mogen
alleen door daarvoor opgeleid personeel worden onderhouden en gerepareerd. Naast
de handleiding dienen de lokaal geldende regels voor de ongevallenpreventie en voor
veilig en vakkundig werken in acht te worden genomen.
De gebruiker van het apparaat of zijn leidinggevende is verantwoordelijke voor een veilige omsnoering
en de keuze van het juiste bandtype (hoofdst. 7) voor de beoogde goederen (afmetingen, gewicht,
randen, stabiliteit, transport, opslag). Alleen de voor het apparaattype toegelaten bandmaten (hoofd-
stuk 7) mogen worden gebruikt. De apparaten dienen in overeenstemming met het gebruikte bandtype
en de te verpakken goederen te worden ingesteld (hoofdstuk 4). Voor de juiste apparaatinstellingen is
de bediener verantwoordelijk.
Draag beschermende uitrusting
► Draag tijdens de werkzaamheden oog- en handbescher-
ming (snijbestendige handschoenen) en veiligheids-
schoenen.
2.3
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Lees alle veiligheidsaanwijzingen en aanwijzingen in deze handleiding en in de
handleiding van de acculader.
Niet naleven van de veiligheidsaanwijzingen en overige aanwijzingen kunnen een elektri-
sche schok, brand en/of ernstig letsel tot gevolg hebben. De volgende gevaren en risico's
kunnen ernstig letsel tot gevolg hebben:
Aantrekken van, of omsnoering met band, inklemmings-
en beknellingsgevaar
Handen en andere lichaamsdelen bij het omsnoeren niet
tussen de band en de te omsnoeren goederen houden.
Andere personen uit de gevarenzone (1) wegsturen.
Bij gevaar (ingeklemde persoon) voor noodstop:
●
Om de bandspanning vrij te geven (vóór het lassen), wip-
hendel bedienen. In de bedrijfsmodus AUTO kan ook de
span- of lastoets nogmaals worden ingedrukt.
●
Na het lassen het omsnoeringsband met een geschikt
gereedschap (bandschaar) doorsnijden.
V 02.20
SIGNODE BXT3-13/16/19
1
5 van 28
NEDERLANDS