Bij een lange kabelafstand zult u moeten zorgen voor getwiste aderparen. Dit betekent dat bij
de bovengenoemde bekabelingsconventies de signalen voor emissie (TX+/TX-) en ontvangst (RX+/RX-)
moeten worden aangesloten op hetzelfde getwiste aderpaar:
Pen 4, 5, 7 en 8 hoeven niet te worden aangesloten. In de volgende afbeelding zijn de aansluitingen
van de getwiste aderparen te zien:
1.4.4.Aansluiting via hub/router
Indien de Adalink wordt aangesloten op een hub, moet deze worden aangesloten net als elk ander
apparaat, met een rechte kabel. De bekabeling is hieronder afgebeeld. Ook hier moet worden gezorgd
dat de RX- en TX-signalen over getwiste aderparen lopen:
Installatie- bedienings- onderhoudshandleiding (IOM) • ADALINK – 0907- D
Gekruiste
kabel
TX+: pen3, TX-: pen6
TX+: pen1, RX-: pen2
Haak onderzijde
Getwist aderpaar 1
Getwist aderpaar 2
Haak onderzijde
• 6•