8. OVERIGE BEDIENINGSHANDELINGEN
8.1. Krachtige werking
In de stand voor de krachtige werking werkt de airconditioner op
maximaal vermogen en wordt het vertrek met een krachtige luchtstroom
snel gekoeld of verwarmd.
OPMERKING: In de multi-split verbinding, kan deze functie niet worden
gebruikt.
Druk op
als u de stand voor de krachtige werking
)
wilt activeren/deactiveren.
Wanneer deze stand wordt geactiveerd klinken er uit de
binneneenheid 2 korte piepjes.
Wanneer deze stand wordt gedeactiveerd klinken er uit de
binneneenheid 1 korte piepjes.
De stand voor de krachtige werking wordt automatisch uitgeschakeld in
de volgende situaties:
• De stand voor de krachtige werking is voor een bepaalde tijd
ingeschakeld en de temperatuur van het vertrek bereikt de in de
stand Koelen, Drogen of Verwarmen ingestelde temperatuur.
• 20 minuten nadat de stand voor de krachtige werking is gestart.
OPMERKINGEN:
• De luchtstroomrichting en de ventilatorsnelheid worden automatisch
gecontroleerd.
• De stand voor de krachtige werking kan niet tegelijkertijd worden
uitgevoerd met de Zuinige stand.
• De Powerful bewerking heft de volgende bewerkingen op. Wanneer
de volgende bewerkingen zijn ingesteld, zullen ze starten nadat de
Powerful bewerking is voltooid.
- Buitenunit Ruisonderdrukking bediening
• Wanneer de bedrade afstandsbediening (optioneel) is aangesloten,
is deze functie beperkt.
8.2. Buitenunit Ruisonderdrukking bediening
De Buitenunit Ruisonderdrukking bediening reduceert het geluid van
de buitenunit. Tijdens de bediening, zal het aantal omwentelingen
van de compressor afnemen en de ventilator van de buitenunit draait
langzaam.
OPMERKING: In de multi-split verbinding, kan deze functie niet worden
gebruikt.
Drukt u op
voor het activeren of deactiveren van de
)
Ruisonderdrukking bediening van de Buitenunit.
Wanneer de Buitenunit Ruisonderdrukking bediening is
geactiveerd, zal
worden weergegeven.
De instelling blijft bewaard, zelfs als de airconditioner is
uitgeschakeld.
OPMERKINGEN:
• Deze bewerking kan niet tegelijkertijd worden uitgevoerd met de
Ventilator modus, Drogen modus, en Powerful bediening.
• Wanneer de bedrade afstandsbediening (optioneel) is aangesloten,
is deze functie beperkt.
8.3. 10 °C Verwarmen
10 °C Verwarmen bediening houdt de kamertemperatuur op 10 °C,
zodat de kamertemperatuur niet te laag kan worden.
Druk op
voor het activeren van de 10 °C
)
Verwarming bediening.
De binnenunit zal 1 korte pieptoon laten horen en [
de binnenunit zal uitschakelen.
Druk op
voor het uitschakelen van de airconditioner.
)
[
] indicator zal uitschakelen.
OPMERKINGEN:
• Tijdens de 10 °C Verwarming bediening, is slechts
• Wanneer de kamertemperatuur warm genoeg is, wordt deze functie
niet uitgevoerd.
• Wanneer de bedrade afstandsbediening (optioneel) is aangesloten,
is deze functie beperkt.
Nl-7
op het display van de afstandsbediening
] indicator op
9. INSTELLINGEN TIJDENS DE INSTALLATIE
9.1. Eigen code-instelling van de Afstandsbediening
Door de eigen code van de binnenunit en afstandsbediening in te stellen,
kunt u de airconditioner specificeren die de afstandsbediening bestuurt.
Wanneer er twee of meer airconditioners in de kamer aanwezig zijn en
u wenst deze afzonderlijk te bedienen, stelt u de eigen code in
(4 selecties zijn mogelijk).
OPMERKING: Indien eigen codes verschillend zijn tussen de binnenunit
Hoe de eigen code van de afstandsbediening in te stellen
1. Druk op
afstandsbediening wordt weergegeven.
2. Ingedrukt houden
dan 5 seconden.
De huidige eigen code zal worden
weergegeven (oorspronkelijk ingesteld op A).
3. Druk op
van de eigen code tussen A ( ) ↔
B ( ) ↔ C (
* Pas de eigen code op het display aan
de eigen code van de airconditioner.
4. Druk nogmaals op
De eigen code zal worden ingesteld.
Het display zal naar de oorspronkelijke klok terugkeren.
• Om de eigen code van de airconditioner te wijzigen, neem t u
contact op met een bevoegd servicepersoneel (oorspronkelijk
ingesteld op A).
• Indien u gedurende 30 seconden geen knoppen indrukt zal de
eigen code worden weergegeven, en het display zal naar de
klokweergave terugkeren. In het voorgaande geval, herhaalt u de
instellingen van stap 2.
• Afhankelijk van de afstandsbediening, de eigen code zal
terugkeren naar A bij het vervangen van de batterijen. In dit geval,
kunt u de eigen code resetten. Indien u niet weet welke eigen
code een airconditioner heeft, probeert u elke code totdat u de
code vindt die bij de airconditioner past.
10. REINIGING EN ONDERHOUD
• Voor het reinigen van dit product, moet u hem
uitzetten en loskoppelen van de stroomvoorziening.
• Voor het werken moet u ervoor zorgen dat het
inlaatrooster volledig is afgesloten. Onvolledig
afsluiten van het inlaatrooster kan effect hebben op de
juiste werking of de prestaties van de airconditioner.
• Als bij het reinigen van filters werk op hoogte moet worden
uitgevoerd, vraag dan advies aan bevoegd servicepersoneel.
• Voorkom dat u zich verwondt bij het verrichten van
onderhoud aan de unit, raak de aluminium lamellen van de
warmtewisselaar ingebouwd in de binneneenheid niet aan.
• Stel de binneneenheid niet bloot aan vloeistofinsecticiden
of haarspray.
• Sta niet op gladde, ongelijke of onstabiele ondergrond
wanneer u het apparaat onderhoudt.
Luchtreiniging filters
(Apple catechin filter, Ion-ontgeuringsfilter)
geldig.
en de afstandsbediening, kan de binnenunit geen
signaal van de afstandsbediening ontvangen.
totdat alleen de klok op het display van de
voor meer
voor het wijzigen
) ↔ D ( ).
.
OPGELET
Luchtfilters
Inlaatrooster
Behuizing
binneneenheid