1.3 ALGEMENE WERFVEILIGHEID
Voor elk gebruik van de steiger moet worden
gecontroleerd of de constructie volledig en naar
behoren is opgebouwd en of er geen veranderingen in
de omgeving zijn die een veilig gebruik ervan in de weg
kunnen staan. In het bijzonder dient gecontroleerd te
worden of de fundering intact is. De inspectie wordt
uitgevoerd door de bouwopzichter of een andere
bevoegde persoon. Elke inspectie moet
gedocumenteerd worden met een memo of in het
logboek van de constructie worden opgetekend.
Voordat met de montage wordt begonnen, moet
gecontroleerd worden of de ondergrond de belasting
van de steiger en de verticale krachten die daarop
werken, kan dragen. Als de basisconstructie en
ondergrond moeten worden versterkt, dient de
plaatsing van de steiger te voldoen aan de eisen van
de normen die geldig zijn.
Defecten te wijten aan zware weersomstandigheden
dienen onmiddellijk gemeld te worden.
Veilige toegang en uitgang naar en van de steiger
moet worden gewaarborgd met behulp van de meest
geschikte methode.
Een steiger moet toegangsmiddelen bevatten, zoals
trappen. Deze dienen te worden aangebracht bij de
opbouw van de steigerconstructie. De afstand tussen
de toegangsmiddelen mag niet meer dan 40 m
bedragen. De afstand tussen de werkplek en de
toegang mag maximaal 20 m bedragen.
ALTRAD ROTAX GEBRUIKSHANDLEIDING
Luiken van toegangsvloeren moeten tijdens het werk
op de steiger gesloten worden gehouden.
Werken op meerdere niveaus dient te worden
vermeden. Er is een vergroot risico op vallende
onderdelen.
Steigers moeten worden gekoppeld en adequaat
verankerd zijn in lijn met de aanbevelingen in deze
gids.
De uiteinden van vloeren dienen met leuningen en
kantplanken te worden beschermd om toegang tot de
vakken zonder vloer te verhinderen.
Bij het Altrad Rotax modulaire systeem, in zijn
standaardmontage is de toelaatbare werklast van de
gevelsteiger is p = 2 kN/m
de goedkeuring. Grotere werklasten zijn mogelijk,
maar moeten steeds individueel geverifieerd worden.
De steiger of steigeronderdelen kunnen instorten in
geval van een overbelasting.
De gebruiker van de steiger mag geen delen van de
zijbescherming of steigerkoppelingen demonteren of
iets veranderen aan de basisstructuur.
De werknemers die zijn (ingehuurd) om de steiger op
te bouwen en af te breken, moeten daartoe opgeleid
en gemachtigd zijn door een erkend
opleidingsinstituut.
in overeenstemming met
2
9