Luchtfilter reinigen
Het luchtfilter moet worden gereinigd, zodra het vervuild is. Dit
is bijv. merkbaar aan een gereduceerde capaciteit (zie
hoofdstuk defecten en storingen).
Waarschuwing
Controleer of het luchtfilter niet versleten of
beschadigd is. De hoeken en randen van het luchtfilter
mogen niet zijn vervormd of afgerond. Controleer voor
het weer plaatsen van het luchtfilter of het
onbeschadigd en droog is!
1. Verwijder de luchtinlaat met luchtfilter (13) uit het
apparaat.
13
2. Het filter reinigen met een zachte, pluisvrije en licht
bevochtigde doek. Is het filter sterk vervuild, maak het dan
schoon met warm water, vermengd met een neutraal
reinigingsmiddel.
3. Laat het filter volledig drogen. Plaats geen natte filters in
het apparaat!
4. Plaats de luchtinlaat met luchtfilter (13) weer in het
apparaat.
13
20
Verdampingsfilter vervangen
Let op
Het apparaat mag in de bedrijfsmodus luchtkoeling niet
zonder verdampingsfilter worden gebruikt, omdat
anders de Koeling niet werkt.
Let op
Gebruik het apparaat nooit zonder geplaatst luchtfilter!
Zonder luchtfilter vervuild het apparaat inwendig,
hierdoor kan de capaciteit worden verminderd en het
apparaat worden beschadigd.
Let op
Voor een gelijkmatige verdeling van het water zorgen
dat het bovendeel van het verdampingsfilter boven ligt.
Het verdampingsfilter moet bij sterke vervuiling worden
vervangen.
De termijn voor het vervangen van het verdampingsfilter is bij
normaal gebruik ca. 1 jaar.
Laat het verdampingsfilter voor het verwijderen uit het apparaat
drogen.
1. Verwijder het luchtfilter (13) en het verdampingsfilter (12)
uit het apparaat.
13
2. De gebruikte verdampingsfilters recyclen volgens de
nationale wetgeving.
luchtkoeler PAE 35 HEPA
12
NL