AO_2: aansluitklemidentificatie: secundair UIT 4-20 mA
Max. ingangsspanning
Max. ingangsstroom
Max. ingangsvermogen
Max. interne elektrische capaciteit
Max. interne inductiviteit
DO_1, DO_2: aansluitklemidentificatie: SW # 1 en SW# 2
Max. ingangsspanning
Max. ingangsstroom
Max. ingangsvermogen
Max. interne elektrische capaciteit
Max. interne inductiviteit
6.5. Leidinginvoer in explosieveilige toepassing
De aansluitingen kunnen met verschillende variaties worden gemaakt, rekening houdend met de
goedkeuringen van de fabrikant en de vereiste goedkeuringen:
•
Een kabelinvoer van een gecertificeerd type Ex d IIC/Ex tb IIIC kan direct op de enkele
½" NPT (ANSI/ASME B1.20.1) leidingaansluiting van de behuizing worden bevestigd.
•
Adapters of verloopstukken als de apparatuur ATEX of IECEx-gecertificeerd is (type Copper
CAPRI CODEC)
•
Voor meerdere kabelingangen (maximaal 3) kan de adapter Y237 "Masoneilan" uitsluitend
voor ATEX-toepassing worden gebruikt.
o Als een Y237-ingang niet wordt gebruikt, dan wordt de leiding met een stop afgesloten
indien de apparatuur ATEX of IECEx-gecertificeerd is (type Copper CAPRI CODEC)
o Als twee Y237-ingangen niet worden gebruikt, moet de Y237 worden onderdrukt.
•
De kabelingang met of zonder zijn adapter/verloopstuk en de Y237 met zijn kabelingang
moeten in overeenstemming met BIJLAGE I worden geïnstalleerd.
© 2019 Baker Hughes Company. Alle rechten voorbehouden.
Ui
30
V
Ii
125
mA
Pi
900
mW
Ci
9,0
nF
Li
500
µH
Ui
30
V
Ii
125
mA
Pi
900
mW
Ci
4,5
nF
Li
10
µH
Masoneilan 12400 DLT ATEX instructiehandleiding | 9