■
Binnenmeting
• Plaats de binnenste meetbekken zo diep mogelijk in het
werkstuk.
• Voor metingen aan binnendiameters, breng de
meetoppervlakken in nauw contact en lees het display
af wanneer de waarde maximaal is: een directe lijn
tussen de meetoppervlakken loopt door het midden van
de dwarsdoorsnede.
• Breng voor metingen aan groefbreedten de
binnenmeetoppervlakken in nauw contact en lees
het display af wanneer de waarde minimaal is: een
directe lijn tussen de vlakken staat loodrecht op de
binnenwand van de groef.
Plaats de binnenste meetbekken in het werkstuk en breng de bekken in
1
nauw contact met de binnenkant van het werkstuk met behulp van de
juiste en uniforme meetkracht.
Lees het display af terwijl u de binnenmeetoppervlakken in nauw contact houdt.
2
Voor het type met afgeronde bekken zal er een verschil zijn
tussen de weergegeven waarde en de werkelijke waarde.
Tel de compensatiewaarde (bekbreedte: 20 mm)
op bij de weergegeven waarde.
Afbeelding: Noniusschuifmaat
NG
NG
NG
NG
■
Stapmeting
• Gebruik geen dieptemeetstift voor getrapte metingen, omdat
het kleine contactoppervlak met het werkstuk het moeilijk
OK
maakt om een stabiele oriëntatie te behouden.
• Gebruik voor een getrapt werkstuk de hele getrapte
meetoppervlakken (
Breng het getrapte meetoppervlak (
1
werkstuk.
Verplaats de slede totdat het getrapte meetoppervlak (
2
werkstuk (getrapt oppervlak) raakt.
Lees het display af terwijl u de getrapte meetoppervlakken in nauw
3
contact houdt.
OK
OK
7
Afbeelding: Noniusschuifmaat
①
②
,
) in nauw contact met het werkstuk.
①
, balkzijde) in nauw contact met het
NG
OK
②
①
②
, slede) het
Nr. 99MAD027N