Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Een Stoeprand Of Drempel Opgaan; Een Trap Opgaan; Een Stoeprand Of Drempel Afgaan - Ti Lite TR 1 Series Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

B. EEN STOEpRAND Of DREmpEL OpGAAN
I WAARSCHUWING
1. Probeer NOOIT zonder hulp een drempel of stoeprand te nemen.
2. Zorg dat degene die u helpt achter uw rolstoel plaatsneemt, met de voorkant van de rolstoel richting het obstakel.
Probeer een dergelijke hindernis NOOIT achterstevoren te nemen.
3. Zorg dat degene die u helpt de rolstoel laat steunen op de achterwielen wanneer deze hem optilt, zodat de
zwenkwielen plaatsnemen op de stoep of drempel.
4. Vraag uw hulpverlener om de rolstoel langzaam naar voren te bewegen en de voorste zwenkwielen langzaam naar
beneden te brengen tot het bovenste niveau zodra u zeker bent dat zij voorbij de rand van het opstapje of de stoep vallen.
5. Vraag degene die u helpt de rolstoel verder vooruit te duwen totdat de achterwielen de stoep of drempel raken.
6. Vraag degene die u helpt de achterwielen naar het hogere niveau te tillen.
Indien u deze Waarschuwingen niet in acht neemt, loopt u het risico te vallen, te kantelen, of de controle over de rolstoel
te verliezen, en uzelf of anderen letsel toe te brengen, of de rolstoel te beschadigen als gevolg daarvan.
C. EEN TRAp OpGAAN
I WAARSCHUWING
Ga een trap NIET op met de gebruiker nog in de rolstoel.
Echter, TiLite erkent dat rolstoelgebruikers soms geen andere mogelijkheid hebben. Alleen in het geval dat u geen
andere mogelijkheid heeft, dient u deze stappen te volgen om een trap op te gaan.
1. Probeer NOOIT meer dan één trede tegelijk te nemen, tenzij u geholpen wordt door twee (2) sterk gebouwde
volwassenen.
2. Zet de rolstoel ALTIJD zo neer dat de gebruiker met de rug naar de trap gekeerd zit, met één hulpverlener achter de
rolstoel (eveneens met de rug richting de trap) en één voor de rolstoel (met zijn gezicht richting de gebruiker).
3. De hulpverlener die plaatsneemt achter de rolstoel heeft de controle over deze handelingen. Hij of zij dient de
rolstoel achterover te tillen totdat deze balanceert op de achterwielen. Probeer een rolstoel NOOIT op te tillen aan
een verwijderbaar onderdeel, waaronder bekleding en verwijderbare duwhandgrepen.
4. De tweede hulpverlener aan de voorkant moet stevig met beide handen een niet-verwijderbaar onderdeel van het
voorste frame (maar NIET de wegdraaibare beensteunen) vastpakken en de rolstoel over een tree tegelijk tillen.
5. Iedere hulpverlener tilt de rolstoel dan voorzichtig naar de volgende trede.
6. Herhaal stap 1 t/m 5 voor elke trede, totdat u bovenaan de trap bent beland.
7. Als u de beneden bent, dienen de verzorgers de rolstoel naar achteren te rollen op de twee achterwielen tot de
voorste zwenkwielen van de laatste tree loszijn, waarna uw helpers zachtjes de voorste zwenkwielen naar beneden
kunnen laten zaken.
Indien u deze Waarschuwingen niet in acht neemt, loopt u het risico te vallen, te kantelen, of de controle over de rolstoel
te verliezen, en uzelf of anderen letsel toe te brengen, of de rolstoel te beschadigen als gevolg daarvan.
D. EEN STOEpRAND Of DREmpEL AfGAAN
I WAARSCHUWING
1. Probeer NOOIT zonder hulp een drempel of stoeprand te nemen.
2. Wanneer u een stoeprand of drempel nadert, vraagt u degene die u helpt achter de rolstoel plaats te nemen en
draait u deze om zodat u met uw rug richting het obstakel zit.
3. Probeer een dergelijk obstakel NOOIT in voorwaartse rijrichting te nemen.
4. Verzoek degene die u helpt voorzichtig achteruit te lopen met de rolstoel, totdat hij of zij de stoeprand of drempel
afgestapt is en op het lagere niveau staat. Degene die u helpt dient achterom te kijken tijdens het achteruitlopen op
deze manier.
5. Verzoek degene die u helpt de rolstoel voorzichtig naar achteren te rijden totdat de achterwielen de rand van de
stoep of drempel bereiken, en verzoek hem of haar de achterwielen langzaam te laten zakken tot op het lager
gelegen niveau.
6. Vraag uw hulpverlener om, wanneer de achterwielen veilig op het lagere niveau staan, de rolstoel naar achteren
te kantelen en op de achterwielen te laten balanceren, waardoor de voorste zwenkwielen worden opgetild van het
hoger gelegen niveau.
7. Verzoek uw hulpverlener om de rolstoel langzaam naar achteren te rollen op de achterwielen, kleine stapjes
makend tot de voorste zwenkwielen los zijn van het opstapje of de stoeprand en, wanneer de weg vrij is, de voorste
zwenkwielen zachtjes naar beneden te brengen tot op het lager gelegen niveau.
Indien u deze Waarschuwingen niet in acht neemt, loopt u het risico te vallen, te kantelen, of de controle over de rolstoel
te verliezen, en uzelf of anderen letsel toe te brengen, of de rolstoel te beschadigen als gevolg daarvan.
TR/YR Gebruikershandleiding
HOOFDSTUK 1: WAARSCHUWINGEN
1-5
OM_TR_0712RevC

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Tr 2 seriesTr 3 seriesYr 2 series

Inhoudsopgave