Verkeersbesturing
De doorgang kan naar keuze in één richting (modus UITGANG) of helemaal worden geblokkeerd
(modus UIT).
Systemen met twee deurvleugels kunnen via de schakelaar gebruik met één deurvleugel ook met één
deurvleugel worden gebruikt. In dat geval kunnen beide deuren alleen nog via de sleutelschakelaar of
de knop «beddenvervoer» worden geopend.
Automatische systeembewaking
De besturing bewaakt de veiligheidssensoren door middel van cyclische testen. Daarnaast voert de
besturing continu interne systeemtesten uit. Als een veiligheidsrelevant onderdeel niet meer naar be-
horen functioneert, schakelt de installatie automatisch in een veilige toestand. Daarbij wordt het sto-
ringsnummer op de bedieningseenheid getoond. Zie voor meer informatie hierover hoofdstuk 5 „Werk-
wijze bij storingen".
Stroomspaarmodus
Stroomspaarmodus is standaard ingeschakeld. Dit maakt het mogelijk dat het stroomverbruik in rust-
toestand gering is.
De verlichting van de bedieningseenheid en de meeste sensoren worden automatisch uitgeschakeld
wanneer ze niet in gebruik zijn.
Elektrisch slot u
De installatie kan met een elektrisch slot u in de gesloten stand worden vergrendeld.
Functie bij stroomuitval
Afhankelijk van de uitvoering van de installatie zijn de volgende functies mogelijk.
– Gecontroleerde sluiting door de ingebouwde veer. De deur kan door bediening van de deurkruk
(ontgrendeling) met de hand worden geopend.
De ingebouwde veer zorgt vervolgens dat de deur weer gecontroleerd wordt gesloten.
Bij systemen met twee vleugels wordt de sluitvorlgorde aangehouden bij het gebruik van de sluitvolg-
orderegelaar.
– Gecontroleerde opening door de ingebouwde veer. De deur blijft openstaan u.
– Voortzetting van het bedrijf van de installatie met een accu-eenheid u voor een bepaalde tijd in de
actuele modus.
– Ontgrendeling en opening van de deur van buiten via het sleutelschakelaarcontact en via de accu-
eenheid u.
Gebruiksaanwijzing TORMAX 1102/1201 T-1661 nl
11