Als u meerdere BeoCom 3-
telefoons op uw ISDN-aansluiting
installeert, kunt u maximaal
gebruikmaken van de opties van
de telefoon om uw gesprekken te
beheren.
U kunt schakelen tussen twee
telefoonlijnen, Meervoudige
abonneenummers (MSN)
toewijzen aan verschillende
gebruikers thuis of op kantoor,
gesprekken doorverbinden naar
andere kamers en Doorschakelen
gebruiken.
Stel voor elke lijn een andere
melodie en belsignaalvertraging in
zodat de telefoon met
verschillende melodieën en
intervallen belt op de aangesloten
telefoons. Dit kan zowel thuis als
op kleinere kantoren met succes
worden toegepast om te horen
voor wie een binnenkomend
gesprek bestemd is.
Thuis kunt u gebruik maken van
een systeem met meerdere
BeoCom 3-telefoons. Wijs de
twee ISDN-lijnen afzonderlijk toe
aan het toestel van de ouders en
de kinderen en stel de belsignaal
vertraging en melodie op de
toestellen verschillend in.
Systeem met meerdere BeoCom 3-telefoons
Een voorbeeld... meerdere telefoons in huis
A: BeoCom 3 in de kinderkamer – met
een apart telefoonnummer (MSN)
speciaal voor de kinderen.
Opstelling in de kinderkamer (A)
> Stel in het menu 'Lijninstellingen' de optie
'Lijn 1' in op het eigen MSN-telefoon-
nummer van de kinderen en stel 'Lijn 2' in
voor de ouders. Dit betekent dat de twee
lijnen exclusief aan de ouders en de kinderen
zijn toegewezen.
> Stel in het menu 'Belsignaal' voor het
nummer van de kinderen op lijn 1 een
bepaalde melodie in en op lijn 2 (met het
nummer van de ouders) een andere.
Uiteraard kunt u ook het belsignaal op
verschillende volumes instellen.
> Stel in het menu 'Belsignaal' een vertraging
in voor het belsignaal, zodat te horen is voor
welk van de twee telefoonnummers de
oproep bestemd is. Stel in de kinderkamer
voor lijn 2 een vertraging in van maximaal 45
seconden. Lijn 1 mag niet worden vertraagd,
want deze moet overgaan zonder vertraging.
B: BeoCom 3 in de huiskamer – met een
apart telefoonnummer (MSN) speciaal
voor de ouders.
Opstelling in de huiskamer (B)
> Stel in het menu 'Lijninstellingen' de optie
'Lijn 1' op het telefoonnummer van de
ouders en stel 'Lijn 2' in op het nummer van
de kinderen.
> Stel in het menu 'Belsignaal' verschillende
belsignaalmelodieën in voor lijn 1 en lijn 2,
mogelijk met twee melodieën die compleet
verschillen van de twee die worden gebruik
voor de BeoCom 3 van de kinderen. Ook
kunt u het volume verschillend instellen.
> Stel in het menu 'Belsignaal' voor lijn 2 een
vertraging in van maximaal 45 seconden.
Een oproep die niet door de kinderen wordt
opgenomen op hun lijn 1 belt vervolgens op
lijn 2 van de ouders.
Een oproep die niet door de ouders wordt
opgenomen op hun lijn 1 belt vervolgens op
lijn 2 van de kinderen.
Zie pagina 24 voor meer informatie over het
instellen van het belsignaal. Zie pagina 25 voor
meer informatie over lijninstellingen.
31