6 - STORINGSDIAGNOSE EN OPLOSINGEN
6.1 - Algemeen
In de Pro-Dialog+-regeling is een zeer uitgebreide storings-
diagnose routine ingebouwd. De basis interface met zijn menu's
geeft toegang tot vele van de bedrijfscondities van de unit. Als
er een werkingsfout wordt geconstateerd, dan wordt een alarm
geactiveerd en een alarmcode opgeslagen in het Alarm-menu,
sub-menu's CUR_ALRM (4.9.13) en ALARMRST (4.9.12).
6.2 - Afbeelden van alarmmeldingen
Via de Alarm-LED van het bedieningspaneel (zie hoofdstuk 3.1)
kunnen alarmmeldingen van de unit direct worden afgebeeld.
•
De knipperende LED geeft aan dat het circuit werkt, maar
onder een alertconditie.
•
De continu verlichte LED geeft aan dat het circuit door
een alarmconditie is afgeschakeld.
In het ALARMRST-menu (4.9.12) van het bedienings-paneel
kunnen maximaal 5 actieve alarmcodes worden afgebeeld.
6.3 - Reset van alarmmeldingen
Nadat de oorzaak van het alarm is verholpen kan het alarm,
afhankelijk van het soort, worden gereset:
•
automatisch bij terugkeer naar normaal bedrijf
•
handmatig op de unit.
Reset van alarmmeldingen kan zelfs plaatsvinden als de unit
in bedrijf is. Het is daarom mogelijk om een alarm te resetten
zonder de machine af te schakelen.
Als de elektrische voeding wordt onderbroken herstart de unit
automatisch als de voeding weer is hersteld. Alarmmeldingen
die actief waren toen de voeding werd onderbroken zijn opge-
slagen en zouden er de oorzaak van kunnen zijn dat een circuit,
of de unit, niet herstart.
Hand-reset moet worden uitgevoerd via het bedieningspaneel
via het ALARMRST menu (4.9.12), item RST_ALM. Afhankelijk
van de configuratie in het GENCONF menu (4.9.18), kan toe-
gang tot het item zijn beveiligd met een password.
NL - 21
EREBA ACCESS