7 Hulp bij problemen
Storing
Bij nullast is er sprake van geen
of een te lage spanning.
Er treden grote
spanningsschommelingen op.
De motor slaat niet aan.
De motor draait niet.
De motor rookt.
60
In dit hoofdstuk vindt u een overzicht van de problemen die
zich tijdens het gebruik kunnen voordoen en die door het
geautoriseerde personeel verholpen kunnen worden.
Voor ieder voorkomend probleem is een mogelijke oorzaak
en een maatregel voor het oplossen van het probleem
beschreven.
Als een probleem met behulp van de onderstaande tabel niet
op te lossen is, dan moet het geautoriseerde personeel de
stroomgenerator onmiddellijk buiten bedrijf stellen en het
verantwoordelijke en bevoegde servicepersoneel informeren.
Mogelijke oorzaak
Het toerental van de motor is
versteld.
De elektronische regelaar is
versteld
De elektronische regelaar is
defect
De motor draait onregelmatig.
De toerentalregelaar werkt
onregelmatig of ontoereikend.
De motor wordt verkeerd
bediend.
Het onderhoud van de motor is
gebrekkig uitgevoerd.
Er zit te weinig brandstof in de
tank.
Het brandstoffilter is verstopt.
De tank bevat slechte brandstof.
De bougiekabel maakt geen
contact met de bougie.
De choke is in koude toestand
niet gebruikt.
Motor is defect.
Te veel olie in de motor.
Papierelement van het luchtfilter
is vervuild of met olie doordrenkt.
ESE 1006 / 1306 / 1506 (D)SG-GT ES Duplex
Oplossing
Contact opnemen met
servicepersoneel.
Contact opnemen met
servicepersoneel.
Contact opnemen met
servicepersoneel.
Contact opnemen met
servicepersoneel.
Contact opnemen met
servicepersoneel.
Lees de gebruikshandleiding van
de motor.
Lees de onderhoudshandleiding
van de motor.
Brandstof bijvullen.
Brandstoffilter vervangen.
Contact opnemen met
servicepersoneel.
Bougiekabel op de bougie
steken.
Choke gebruiken.
Contact opnemen met
servicepersoneel.
Overtollige olie aftappen.
Papierelement reinigen of
eventueel vervangen.
Stand: Januari 2013