niet correct zijn geslepen. Informatie over het slijpen van mes-
sen vindt u in het hoofdstuk Onderhoud van deze handleid-
ing. De scherpte van de messen moet dagelijks worden
CZ
gecontroleerd.
Werk nooit met messen terwijl de motor draait of
de
dekkoppelingsschakelaar
(aan).
DA
Zet de dekkoppelingsschakelaar altijd in de uitges-
chakelde stand, zet de stuurbedieningshendels in
de parkeerstand, zet de motor uit en koppel de
negatieve accukabel los.
Blokkeer de maaier wanneer u er onder moet
werken.
DE
Draag handschoenen wanneer u aan de messen
werkt.
Controleer altijd of het mes beschadigd is als de
maaier een steen, tak of ander vreemd voorwerp
raakt tijdens het maaien!
EN
Richt de grasuitworp naar rechts, weg van het ongemaaide
gebied. Gewoonlijk betekent dit het gebruik van een patroon
van bochten naar links. Vermijd grasuitworp op ongemaaid
gebied. Afgemaaid gras maaien is een onnodige belasting
van de machine en vermindert de efficiëntie van het maaien.
ES
Maai wanneer u het gazon voor de eerste keer maait het gras
iets langer dan normaal om het afsnijden van bulten in het
terrein te vermijden. Wanneer u gras langer dan 15 cm maait,
is het raadzaam om het gazon twee keer te maaien om een
betere maaikwaliteit te verkrijgen.
Maai tijdens normaal maaien slechts ongeveer 1/3 van het
FR
gras.
Varieer de maairichting om het gras recht te laten groeien
en het gemaaide gras beter te verspreiden.
Vergeet niet dat gras sneller/trager groeit op verschillende
tijdstippen van het jaar. Maai vaker in de vroege lente om
IT
dezelfde maaihoogte te behouden. Maai naarmate het gras
trager groeit in de midzomer minder vaak. Maai als u niet
regelmatig kunt maaien op een hogere maaihoogte en maai
twee dagen later opnieuw op een lagere maaihoogte.
Verhoog de maaihoogte van de maaier als de maaibreedte
van de maaier breder is dan die van de vorige maaier. Hier-
NL
door wordt oneffen grond niet te kort gemaaid.
Verhoog de maaihoogte van de maaier als het gras iets
langer is dan normaal of als het zeer vochtig is. Maai het
later opnieuw met een lagere maaihoogte.
PT
SV
REV B
Als de voorwaartse beweging van de machine moet worden
gestopt tijdens het maaien, is het mogelijk dat er een klont
afgemaaid gras op uw gazon valt. Ga om dit te vermijden
naar een reeds gemaaid gebied met de messen inges-
chakeld.
is
ingeschakeld
Zijuitworp kan afwijken van deze afbeelding
A. Uitworp
Flex Forks
Nieuwe Flex Forks
Raadpleeg het gedeelte Onderhoud en afstellingen in deze
handleiding voor meer informatie.
3-6
Zorg ervoor dat het materiaal van het maaidek niet
naar omstanders wordt uitgeworpen.
Bedien nooit het maaidek wanneer de uitworp bes-
chadigd, gewijzigd, verwijderd of verhoogd is;
behalve wanneer het gehele grasopvangerhulp-
stuk
of
mulchsysteem
Afbeelding 3-8
Probeer nooit het maaidek af te stellen terwijl de
motor draait of de dekaandrijfkoppeling is geac-
tiveerd. Maaimessen zijn niet zichtbaar en bevin-
den zich dicht bij de dekbehuizing. Vingers en
tenen kunnen onmiddellijk worden afgesneden.
Afbeelding 3-8
vereisen een korte inloopperiode.
®
wordt
gebruikt.
A
607768CE