Opgeslagen kanalen scannen
U kunt alleen de kanalen scannen die u hebt opgeslagen. Als er
op een opgeslagen kanaal wordt uitgezonden, stopt de marifoon
bij dat kanaal tot de uitzending wordt beëindigd. Na vier
seconden inactiviteit op een kanaal hervat de marifoon het
scannen.
OPMERKING: Als u ATIS
System, pagina
9) inschakelt, zal de radio geen kanalen
scannen of opslaan.
1
Selecteer SCAN > OPGESLAGEN.
2
Selecteer een optie:
• Als u het huidige actieve kanaal wilt uitsluiten van
volgende scans en het scannen wilt hervatten, selecteert
u SLA OVER.
• Als u elke keer dat een opgeslagen kanaal wordt gescand
ook kanaal 16 wilt scannen, selecteert u +CH16.
De marifoon scant dan bijvoorbeeld opgeslagen kanaal
21, kanaal 16, opgeslagen kanaal 25, kanaal 16,
enzovoort.
Op het scherm van het toestel wordt +CH16
weergegeven .
• Selecteer -CH16 als u het scannen van kanaal 16 wilt
stoppen.
De marifoon scant dan bijvoorbeeld opgeslagen kanaal
21, opgeslagen kanaal 25, enzovoort.
• Selecteer AFSLUITEN als u het scannen wilt beëindigen.
De marifoon stopt met scannen en stemt af op het laatst
gebruikte, actieve kanaal.
Meerdere kanalen bewaken
Voordat u meerdere kanalen kunt bewaken, moet u ATIS
(Automatic Transmitter Identification System, pagina
uitschakelen.
U kunt prioriteitskanalen en het momenteel geselecteerde
kanaal bewaken op uitzendactiviteit. Kanaal 16 is het eerste-
prioriteitskanaal op de marifoon. Kanaal 9 is het standaard
tweede-prioriteitskanaal. U kunt een ander kanaal
programmeren als uw tweede-prioriteitskanaal
tweede-prioriteitskanaal selecteren, pagina
Selecteer WATCH.
Twee kanalen bewaken
U kunt tegelijk uw huidige kanaal en kanaal 16 bewaken.
Selecteer WATCH > DUBBEL.
DUAL WATCH. De kanalen die u bewaakt, worden nu op het
scherm weergegeven. Bijvoorbeeld, DUAL WATCH KANAAL
en 16 + 9.
Drie kanalen bewaken
U kunt tegelijk het huidige kanaal, kanaal 16 en uw tweede-
prioriteitskanaal bewaken.
Selecteer WATCH > TRI.
TRI WATCH, het huidige kanaal, kanaal 16 en uw tweede-
prioriteitskanaal worden op het scherm weergegeven.
Bijvoorbeeld, TRI WATCH KANAAL en 75 + 16 + 9.
Een ander tweede-prioriteitskanaal
selecteren
U kunt een ander kanaal dan kanaal 9 selecteren als uw
tweede-prioriteitskanaal.
1
Selecteer MENU > KANAAL > 2E PRIORITEIT.
2
Selecteer een optie:
• Draai op de marifoon de knop SELECT op het
voorkeurskanaal.
Basisbediening
(Automatic Transmitter Identification
9)
(Een ander
3).
• Selecteer
of
op de handset om het voorkeurskanaal
te zoeken.
3
Selecteer OK.
Overschakelen naar prioriteitskanalen
U kunt snel schakelen tussen uw huidige actieve kanaal en een
prioriteitskanaal. Als u overschakelt naar een prioriteitskanaal,
wordt het zendvermogen automatisch ingesteld op hoog (25 W)
en als u weer terugschakelt naar uw huidige kanaal, wordt de
zendvermogeninstelling hersteld.
Op Noord-Amerikaanse modellen kunt u snel schakelen tussen
kanaal 16, uw tweede-prioriteitskanaal en uw oorspronkelijke
kanaal met de knop 16/9.
Op internationale modellen kunt u snel schakelen tussen kanaal
16 en uw oorspronkelijke kanaal met de knop 16+.
1
Als u van het huidige kanaal wilt overschakelen naar kanaal
16, selecteert u 16/9 of 16+.
Het zendvermogen wordt automatisch ingesteld op hoog
(25 W). U kunt HI/LO > 1W selecteren om het zendvermogen
op laag (1 W) in te stellen.
2
Selecteer op Noord-Amerikaanse modellen 16/9 om over te
schakelen naar uw tweede-prioriteitskanaal.
3
Selecteer 16/9 of 16+ om terug te keren naar uw vorige
kanaal en uw vorige zendvermogeninstelling.
Ontvangstgevoeligheid instellen
U kunt de ontvangstgevoeligheid van de marifoon regelen. Als u
last hebt van ruis in gebieden met veel verkeer of in gebieden
waar sprake is van elektromagnetische interferentie,
bijvoorbeeld in de buurt van zendmasten voor mobiele telefonie,
kunt u de ontvangstgevoeligheid instellen op LOC om de
gevoeligheid van de ontvanger te verlagen. In afgelegen
gebieden en op open water kunt u de ontvangstgevoeligheid
instellen op DIST om het bereik van de ontvanger te
maximaliseren.
1
Selecteer HI/LO.
2
Selecteer een optie:
• Selecteer LOC om de lokale ontvangstgevoeligheid in te
schakelen.
• Selecteer DIST om de ontvangstgevoeligheid over lange
afstanden in te schakelen.
Schakelen tussen de uitzendmodi 1 W en 25
W
U kunt het uitzendvermogen van de marifoon instellen. Laag
(1 W) wordt gebruikt voor lokale uitzendingen en hoog (25 W)
voor uitzendingen over lange afstanden en nooduitzendingen.
Als twee signalen op dezelfde frequentie worden uitgezonden,
ontvangt een VHF-marifoon alleen het krachtigste signaal. Voor
niet-noodoproepen moet u de laagste zendvermogeninstelling
gebruiken waarop u kunt communiceren. Op die manier verlaagt
u de kans dat u met uw uitzendingen de uitzendingen van
anderen verstoort.
Uitzendingen via de Amerikaanse kanaalband op kanaal 13, 17,
67 en 77 moeten standaard bij laag vermogen (1 W)
plaatsvinden.
Uitzendingen via de Canadese kanaalband op kanaal 13, 15,
17, 20, 1066, 67, 75, 76 en 77 moeten standaard bij laag
vermogen (1 W) plaatsvinden.
Uitzendingen via de Internationale kanaalband op kanaal 15, 17,
75 en 76 moeten standaard bij laag vermogen (1 W)
plaatsvinden.
OPMERKING: In de Amerikaanse en Canadese kanaalbanden
kunt u de vermogensinstelling voor deze kanalen tijdelijk
uitschakelen tijdens de transmissie
(De instelling Laag
3