5.3 Buitengebruikstelling en storage van het apparaat
5.3.1 Filtermodule
5.3.2 Stuureenheid
Menu SERVICE
ok
geen monster
voorpompen
voorpompen 60 s
Ok
Voor installaties buiten moet de besturingseenheid permanent
gebruikt worden om ervoor te zorgen dat de klimaatbeheersing
beschermd is tegen hitte en vorst.
Als het systeem buiten gebruik wordt gesteld:
1. Verwijder de filtermodule van het bassin.
2. Verwijder de monsterslang.
3. Verwijder de filtermodule van de moduledrager.
4. Reinig de filtermodule (zie
35).
5. Doe de filtermodule in een foliezak (EYV017) om hem te
beschermen tegen uitdrogen.
6. Selecteer het menu [+SERVICE] en bevestig.
7. Verwijder de zuigslang en monsterslang (zie hoofdstuk
Installeer de zuigslang op pagina
8. Selecteer het menu [VOORUITPOMP] en bevestig zodat het
interne slangsysteem kan leeglopen.
9. Selecteer het menu [SERVICE] en bevestig.
Ok
2x
10. Koppel de pompcassette los (zie
van pompbuizen: op pagina
11. Koppel het systeem los van de netstroom.
12. Demonteer de besturingseenheid en bewaar deze op een
droge plaats.
Onderhoud
Paragraaf 5 Onderhoud op pagina
20).
Afbeelding 23 voor vervangen
38).
3.4.2
43