Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Alarmklok; Decompressieduiken; Plafond, Plafondzone, Vloer- En Decompressiebereik - Suunto ZOOP NOVO Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor ZOOP NOVO:
Inhoudsopgave

Advertenties

Suunto Zoop Novo
5. Druk op [MODE] (MODUS) om af te sluiten.

3.7.5. Alarmklok

Suunto Zoop Novo heeft een dagelijks alarm dat eenmaal, op weekdagen of elke dag
ingesteld kan worden.
Wanneer het dagelijkse alarm wordt geactiveerd, knippert het scherm en is het alarm
gedurende 60 secondes te horen. Druk op een willekeurige knop om het alarm uit te zetten.
Om het dagelijkse alarm in te stellen:
1. Houd in de tijdsmodus [DOWN] ingedrukt.
2. Druk op [UP] om naar Alarm (Alarm) te bladeren en druk op [Select.]
3. Selecteer alarmactivering met [DOWN] of [UP] en bevestig met [Select] . De opties zijn
OFF (uit), ONCE (eenmalig), WEEKDAYS (weekdagen) of EVERY DAY (elke dag).
4. Selecteer alarmactivering met [DOWN] of [UP ] en bevestig met [SELECT] .
5. Herhaal voor minuten.
6. Druk op [MODE] om af te sluiten.

3.8. Decompressieduiken

Als u de geen-decompressielimiet voor een duik overschrijdt, verandert uw duik in een
decompressieduik op het moment dat NO DEC TIME (geen-decotijd) de waarde nul bereikt.
Daarom moet u tijdens uw opstijging één of meerdere decompressiestops maken.
Wanneer de decompressieduik begint, wordt de NO DEC TIME (GEEN-DECOTIJD) op uw
display vervangen door ASC TIME (OPSTIJGTIJD) en verschijnt er een CEILING-indicator
(PLAFOND). Een naar boven wijzende pijl vraagt u ook om uw opstijging te starten.
Suunto Zoop Novo geeft de decompressie-informatie die nodig is voor opstijging met twee
kernwaarden:
PLAFOND: de diepte waar u niet bovenuit mag stijgen
OPSTIJGTIJD: optimale opstijgtijd tot aan het oppervlak, in minuten en met gedefinieerde
gassen
Als u de geen-decompressielimieten voor een duik overschrijdt, biedt de duikcomputer u de
decompressie-informatie die nodig is voor het opstijgen, samen met aanvullende details die
tijdens het opstijgen worden bijgewerkt.
Met andere woorden, in plaats van dat u stopt op vaste diepten, kunt u met de duikcomputer
decompresseren binnen een bepaald dieptebereik. Dit wordt continue decompressie
genoemd.

Plafond, plafondzone, vloer- en decompressiebereik

Voordat u een decompressieduik maakt, moet u de betekenis van plafond, plafondzone, vloer
en decompressiebereik begrijpen. U moet deze concepten begrijpen om de richtlijnen van de
duikcomputer correct te kunnen interpreteren.
Het plafond is de ondiepste diepte naar waar u bij decompressie moet opstijgen.
De plafondzone is het optimale bereik van de decompressiediepte. Dit is het bereik
tussen de plafonddiepte en 1,2 m onder dat plafond.
De vloer is de diepste diepte waarop de decompressietijd niet toeneemt. Decompressie
begint wanneer u deze diepte tijdens uw opstijging passeert.
16

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave