Gebruikershandleiding
Lampje
Status
Er is een cartridge opgebruikt of er is
onvoldoende inkt in de cartridge om inkt te
kunnen laden.
Een van de cartridges is niet geïnstalleerd.
Een van de cartridges is niet herkend.
Er is een niet-ondersteunde cartridge
geïnstalleerd.
Een van de cartridges is bijna opgebruikt.
U kunt blijven afdrukken tot het lampje
begint te branden.
Er is geen papier geladen of meer dan één
vel tegelijk ingevoerd.
Knippert langzaam (met tussenpozen van
1,25 seconde)
Er is een papierstoring opgetreden.
Knippert snel (met tussenpozen van 0,5
seconde)
Er is papier achtergebleven in de printer.
❏ De printer is niet op de juiste wijze
uitgeschakeld.*
❏ De spuitkanaaltjes zijn mogelijk
ingedroogd en verstopt omdat de printer
is uitgeschakeld tijdens het uitvoeren van
een afdruktaak.
* De stroom is uitgeschakeld met een
stekkerdoos of schakelaar, de stekker is uit
het stopcontact genomen of er is een
stroomstoring opgetreden.
Problemen oplossen
Oplossingen
Voor een optimale afdrukkwaliteit en bescherming
van de printkop blijft een variabele inktreserve in de
inktcartridge achter op het moment dat de printer
aangeeft dat u de cartridge moet vervangen. Vervang
de inktcartridge door een nieuwe.
Installeer de cartridge.
Druk de cartridge goed aan.
Installeer een cartridge die wel door deze printer
wordt ondersteund.
De cartridges die bij de printer worden geleverd,
kunnen niet worden gebruikt als vervanging.
Nieuwe cartridge bij de hand houden. U kunt het
inktpeil controleren op de computer.
H
Laad papier en druk op de knop
Verwijder het papier en druk op de knop
Laad papier van A4-formaat in de papiertoevoer
achter en druk op de knop
binnen in de printer te verwijderen. Laad papier in de
afdrukstand staand.
❏ Het wordt aanbevolen een
spuitkanaaltjescontrole uit te voeren nadat u de
foutmelding hebt verwijderd door op de knop
in behandeling zijn.
❏ Zorg ervoor dat u op de knop
printer uit te schakelen.
117
of
of
te drukken. Annuleer afdruktaken die
P
of
.
of
.
om het papier
drukt om de