Persoonlijke beschermingsuitrusting
Veiligheidsbril dragen
Bij inbedrijfstelling, onderhoudswerkzaamheden en het
verhelpen van storingen een geschikte veiligheidsbril
dragen.
Veiligheidsmasker dragen
Bij reinigings- en onderhoudswerkzaamheden een
geschikt stofmasker dragen.
Beschermende handschoenen dragen
Draag bij inbedrijfstelling, onderhoudswerkzaamheden
en het verhelpen van storingen geschikte
veiligheidshandschoenen.
Voetbescherming dragen
Draag bij transport, inbedrijfstelling,
onderhoudswerkzaamheden en het verhelpen van
storingen geschikte veiligheidsschoenen.
Restgevaren
Waarschuwing voor elektrische spanning
Werkzaamheden aan elektrische onderdelen mogen
alleen door een geautoriseerd gespecialiseerd bedrijf
worden uitgevoerd!
Waarschuwing voor elektrische spanning
Voor alle werkzaamheden aan het apparaat de
netstekker uit het stopcontact verwijderen!
Raak de netstekker niet aan met vochtige of natte
handen.
De netstekker van het netsnoer uit het stopcontact
trekken door de netstekker vast te pakken.
Waarschuwing
Van dit apparaat kunnen gevaren uitgaan als het
ondeskundig of niet volgens het bedoeld gebruik wordt
gebruikt door niet geïnstrueerde personen! Zorg dat
wordt voldaan aan de persoonlijke kwalificaties!
Waarschuwing
Het apparaat is geen speelgoed en hoort niet in
kinderhanden.
Waarschuwing
Verstikkingsgevaar!
Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos
rondslingeren. Voor kinderen kan dit gevaarlijk
speelgoed zijn.
Let op
Gebruik het apparaat nooit zonder geplaatst luchtfilter
bij de luchtinlaat!
Zonder luchtfilter vervuild het apparaat inwendig,
hierdoor kan de capaciteit worden verminderd en het
apparaat worden beschadigd.
4
Gedrag bij noodgevallen
1. Schakel het apparaat uit.
2. Scheid het apparaat van de netvoeding: De netstekker van
het netsnoer uit het stopcontact trekken door de
netstekker vast te pakken.
3. Sluit een defect apparaat niet opnieuw aan op de
netaansluiting.
Informatie over het apparaat
Beschrijving van het apparaat
Via het condensatieprincipe zorgen de luchtontvochtigers uit de
DH-serie voor een automatische luchtontvochtiging van ruimten.
De ventilator zuigt de vochtige ruimtelucht aan via de
luchtinlaat, door de verdamper en door de daar achter liggende
condensor. Bij de koude verdamper wordt de ruimtelucht tot
onder het dauwpunt afgekoeld. De in de lucht opgenomen
waterdamp slaat als condens, resp. rijp neer op de
verdamperlamellen. Bij de condensor wordt de ontvochtigde,
afgekoelde lucht weer verwarmd en met een temperatuur die
ca. 5 °C hoger is dan de ruimtetemperatuur, weer uitgeblazen.
De zo gezuiverde, drogere lucht wordt via de luchtuitlaat weer
met de ruimtelucht vermengd of via een bestaand
luchtkanaalsysteem naar andere ruimten geleid. Door de
doorlopende circulatie van de ruimtelucht door het apparaat
wordt de luchtvochtigheid in de opstelruimte resp. in de
betreffende omgeving verlaagd.
Via een drukbestendige leidingverbinding wordt het condens via
een meegeleverde condensafvoerslang uit het apparaat
afgevoerd. Naast het apparaat kan bijv. een voldoende
gedimensioneerd opvangreservoir worden opgesteld en gevuld.
Als alternatief kan het condens met de geïnstalleerde
condenspomp worden afgevoerd.
Het apparaat is voorzien van een bedieningspaneel voor de
bediening en controle van de werking. Bovendien is het
apparaat standaard voorzien van een energiemeter.
Het apparaat maakt het verlagen van de relatieve
luchtvochtigheid tot ca. 30% mogelijk.
Door de warmtestraling die ontstaat tijdens het gebruik, kan de
ruimtetemperatuur iets stijgen.
condensdroger DH 160 / DH 310
NL